
Alles over de navelstreng
De navelstreng speelt een grote rol als je zwanger bent. Het is de levenslijn van je baby. Je kleintje krijgt alle belangrijke voedingstoffen en zuurstof binnen via de navelstreng. Ontdek in dit artikel alles over de belangrijke functies van de navelstreng. Ook bespreken we mogelijke complicaties en wat er met de navelstreng gebeurt nadat je baby geboren is.
Wat is een navelstreng precies?
De navelstreng verbindt je baby met de placenta in de baarmoeder. Via de navelstreng krijgt de baby zuurstof en voeding van de moeder. Ook worden afvalstoffen via de navelstreng weer terug naar de moeder gepompt, zodat de baby gezond kan blijven groeien. De navelstreng heeft meestal twee slagaders en een ader, die samenwerken om alles naar de baby te transporteren en weer afvoeren. In de navelstreng zit een gelachtige stof die de bloedvaten in de navelstreng beschermt. Dit wordt Wharton’s Jelly genoemd. Het zorgt ervoor dat de bloedvaten niet afgekneld worden en het helpt de bloedvaten flexibel te blijven.
Aan het eind van de zwangerschap is de navelstreng gemiddeld 50 tot 60 centimeter lang en ongeveer 1,5 tot 2 centimeter dik. De lengte en dikte kunnen per zwangerschap verschillen.

Navelstreng bij pasgeboren baby
Functies van de navelstreng
Tijdens de zwangerschap zorgt de navelstreng voor de bloedcirculatie tussen de baby en de placenta. De ader in de navelstreng brengt zuurstofrijk bloed van de placenta naar je baby. De twee slagaders brengen zuurstofarm bloed en afvalstoffen van je baby terug naar de placenta, waar jij als moeder deze kan afvoeren via haar eigen systeem. Dit is noodzakelijk voor de groei en gezondheid van je baby.
De belangrijkste functie van de navelstreng is het transport van zuurstof en voedingsstoffen naar je baby, en het afvoeren van afvalstoffen. Dit maakt het mogelijk voor je baby om zich goed te ontwikkelen in de baarmoeder. De navelstreng speelt dus een belangrijke rol in de gezondheid van zowel je baby als die van jou als moeder.
Welke complicaties kunnen er ontstaan?
In de meeste gevallen is de navelstreng normaal en verloopt alles zoals het hoort. Maar soms kan er een probleem ontstaan.
Omstrengeling navelstreng
De navelstreng is lang, en als je baby ruimte heeft om te draaien en bewegen in je baarmoeder kan hij zichzelf in de navelstreng draaien. Soms kan het gebeuren dat de navelstreng rond de nek van de baby komt te zitten. Dit komt voor bij ongeveer 20% van de zwangerschappen. In dergelijke gevallen zal de arts extra monitoren om ervoor te zorgen dat je baby voldoende zuurstof krijgt. Ook kan de navelstreng rond een arm, been of de romp draaien. Dit is niet schadelijk voor je baby zolang hij in de buik zit. In de buik krijgt je baby zuurstof via de navelstreng en ademt niet door de mond of neus. Er is daarom geen risico op verstikking. Bij de bevalling moet hier wel rekening mee gehouden worden. Je kan gewoon vaginaal bevallen, omdat er rek zit in de navelstreng, de artsen moeten wel zodra het kan, de navelstreng losknippen of van het hoofdje afwikkelen.
Doppler-meting
Als je baby kleiner blijkt te zijn na een groeiecho kan ook een Doppler-meting worden gedaan. Met deze meting wordt de snelheid en richting van de bloedstroom in de navelstreng en placenta gemeten. Ook kan de bloedtoevoer naar de hersenen van de baby worden beoordeeld. Een verhoogde doorbloeding daar kan wijzen op een minder goed werkende placenta.
Lees ook: Problemen met de placenta of navelstreng tijdens de bevalling
Wat gebeurt er met de navelstreng na de geboorte?
Na de bevalling zijn er verschillende mogelijkheden voor het omgaan met de navelstreng. Elke methode heeft zijn eigen voordelen, afhankelijk van de wensen en gezondheid van jou als moeder en die van je baby.
Navelstreng direct doorknippen
Na de geboorte wordt de navelstreng doorgeknipt, dit kan een verloskundige doen, maar dit mag ook de vader, moeder of een familielid zijn. Zodra de verbinding met de moeder los is betekent dat de baby nu volledig onafhankelijk van de moeder is voor zuurstof en voeding. Na de geboorte wordt de navelstreng meestal weggegooid, maar soms wordt deze bewaard voor onderzoek of om er bijvoorbeeld stamcellen uit te halen. Het stukje navelstreng dat nog vast zit aan de baby wordt afgeklemd met een plastic navelklem of met een cordring (strak rubberen ringetje). Een cordring moet je meestal zelf regelen, in kraampakketten zit vaak een navelklem. Omdat een cordring gemaakt is van zacht materiaal lijkt het comfortabeler voor een baby. Ook is hij kleiner en heb je er dus minder last van tijdens de verzorging van jouw baby. Na een aantal dagen, meestal 8-10 dagen, valt de uitgedroogde navelstreng eraf. De plek waar de navelstreng vastzat aan de baby wordt een litteken, de navel.
Navelstreng laten uitkloppen
Soms wordt ervoor gekozen om de navelstreng te laten uitkloppen voordat deze wordt doorgeknipt. Dit betekent dat de navelstreng nog een paar minuten in gebruik blijft, zodat zoveel mogelijk bloed van de placenta naar de baby kan stromen. Deze methode kan de ijzerwaarden van de baby verbeteren en helpt de baby een extra hoeveelheid bloed te krijgen, wat vooral nuttig is bij baby’s die een lager geboortegewicht hebben.
Lotusbevalling
Een andere optie is de lotusbevalling, waarbij de navelstreng pas wordt doorgeknipt nadat deze volledig is afgebonden en de placenta vanzelf loslaat. Dit kan enkele dagen na de geboorte zijn. Bij een lotusbevalling blijft de baby nog verbonden met de placenta, wat sommige ouders zien als een meer natuurlijke overgang voor hun baby. Het is een minder gebruikelijke keuze, maar sommige ouders kiezen ervoor vanwege de overtuiging dat het de verbinding tussen moeder en baby versterkt. Een lotusbevalling is het meest gebruikelijk in alternatieve en holistische geboortepraktijken, waar ouders vaak kiezen voor natuurlijke geboortes en een meer spirituele benadering van het geboorteproces.
Van navelstreng naar navelstompje
Als de navelstreng na de bevalling is doorgeknipt, wordt het stukje dat is achtergebleven op de buik van je baby het navelstompje genoemd. Het navelstompje is zwart, blauwpaars of rood van kleur en droogt in de eerste week na de bevalling geleidelijk op en valt er daarna vanzelf vanaf. Dat gebeurt meestal rond de achtste dag. Je baby voelt daar niets van. Het kan zijn dat het navelstompje in de eerste twee, drie weken nog een beetje nabloedt. Het is belangrijk dat je het navelstompje van je baby goed schoonhoudt.