Soorten weeën: welke zijn er en hoe herken je ze?

Soorten weeën: welke zijn er en hoe herken je ze?

Je bent zwanger en voelt ineens iets trekken in je buik. Zijn het al weeën? Of toch gewoon harde buiken? Er zijn verschillende soorten weeën, en het is niet altijd makkelijk om ze uit elkaar te houden. In dit artikel leggen we uit welke weeën er zijn, hoe ze voelen en wanneer je actie moet ondernemen.

Wat zijn weeën?

Weeën zijn samentrekkingen van je baarmoeder. Ze helpen je lichaam voorbereiden op de bevalling en zorgen er uiteindelijk voor dat je baby geboren wordt. Niet alle weeën voelen hetzelfde of betekenen dat de bevalling meteen begint. Sommigen kunnen al weken voor de echte bevalling optreden.

Hormonen aan het werk

Als je bijna gaat bevallen daalt de hoeveelheid van het hormoon progesteron, en komt er steeds meer van het hormoon oxytocine in je bloed. Dat gaat naar je baarmoeder en zorgt dat die samentrekt: je krijgt weeën. Dit proces gaat door tot je baby én de placenta zijn geboren.

Naast oxytocine spelen ook prostaglandines een rol. Deze stoffen zorgen ervoor dat de baarmoedermond zachter wordt en zich opent, zodat de bevalling kan beginnen. Kortom: oxytocine zet de ‘weeënmotor’ aan, terwijl prostaglandines de ‘poort’ openen.

De verschillende soorten weeën

Hieronder leggen we stap voor stap uit welke soorten weeën er zijn. Zo leer je het verschil tussen oefenweeën, voorweeën en echte ontsluitingsweeën.

1. Oefenweeën (harde buiken)

Wanneer: vanaf het tweede trimester
Wat voel je: een strakke buik, meestal pijnloos

Oefenweeën worden ook wel harde buiken of Braxton Hicks genoemd. Je buik voelt dan even gespannen aan, maar het doet meestal geen pijn. Ze komen onregelmatig en verdwijnen vaak vanzelf. Ze zijn een teken dat je lichaam alvast aan het oefenen is voor de bevalling.

2. Indalingsweeën

Wanneer: meestal vanaf week 30
Wat voel je: zeurende pijn in je onderbuik of rug

Indalingsweeën ontstaan wanneer je baby indaalt in je bekken. Dat gebeurt vaak al een paar weken voor de bevalling. Ze kunnen ongemakkelijk aanvoelen, maar zijn meestal goed te doen. Sommige vrouwen merken ze niet eens op.

3. Voorweeën

Wanneer: in de laatste weken van je zwangerschap
Wat voel je: pijnlijke, onregelmatige weeën

Voorweeën lijken al meer op echte weeën, maar ze zijn onregelmatig en worden meestal niet steeds sterker. Ze kunnen pijn doen, vooral in je onderbuik en rug. Ze bereiden je lichaam voor op de bevalling, maar zorgen nog niet voor ontsluiting.

Bel je verloskundige als de weeën pijnlijker worden, langer duren en elkaar sneller opvolgen. Verlies je veel bloed of verlies je vruchtwater? Bel dan ook even met je verloskundige.

4. Ontsluitingsweeën

Wanneer: bij de start van de echte bevalling
Wat voel je: regelmatige, sterke pijn die toeneemt in kracht en duur

Dit zijn de echte weeën. Ontsluitingsweeën zorgen ervoor dat je baarmoedermond opent (ontsluit), zodat je baby geboren kan worden. Deze weeën komen regelmatig, duren ongeveer 60 tot 90 seconden en worden steeds pijnlijker.

Wist je dat vaak van houding wisselen je bevalling kan bevorderen? Het vermindert de pijn en je bevalling gaat (vaak) sneller. Lees meer over de verschillende bevalhoudingen.

Buik-, been- en rugweeën

Je kunt weeën op verschillende plekken voelen, zoals je buik, benen en rug.

  • Buikweeën
    De meeste vrouwen krijgen buikweeën tijdens de bevalling. Je voelt dan krampen in je buik. Wat helpt? Een fijne bevalhouding zoeken, je heupen rustig bewegen, een warme kruik tegen je buik, en goed letten op je ademhaling. Dat maakt het beter te doen.

  • Rugweeën
    Sommige vrouwen voelen de weeën vooral in hun onderrug. Dit gebeurt bijvoorbeeld als je baby als ‘sterrenkijker’ ligt. De pijn kan bij rugweeën heftig zijn, maar gelukkig kun je wat verlichting krijgen als je partner stevig in je onderrug drukt. Ook een warme douche of een bad kan veel verschil maken.

  • Beenweeën
    Bij beenweeën straalt de pijn vanuit je buik uit naar je liezen en bovenbenen. Deze weeën zijn lastig weg te puffen en het vinden van een fijne houding kan moeilijk zijn. Wat kan helpen: laat je partner tussen de weeën door je bovenbenen masseren. Of laat hem tijdens een wee zachtjes tegen de voorkant van je knieën duwen terwijl jij op de rand van het bed zit.

Weeënstorm

Soms lijkt het alsof de weeën maar blijven komen, zonder echte pauzes ertussen. Als de pauzes korter zijn dan een minuut, of bijna niet meer voelbaar zijn, noemen we dat een weeënstorm.

Dit kan heftig zijn, maar het goede nieuws is: de ontsluiting gaat vaak snel. Een weeënstorm komt soms voor bij een natuurlijke bevalling, maar vaker bij een ingeleide bevalling, vooral als je lichaam heftig reageert op de weeënopwekkers.

5. Persweeën

Wanneer: als je volledige ontsluiting hebt (10 cm)
Wat voel je: een sterke drang om mee te duwen

Persweeën komen als je lichaam klaar is om je baby eruit te persen. Ze voelen heftig, maar je mag eindelijk actief meewerken door te persen. Deze weeën duren meestal tot de baby is geboren.

Vroege persweeën

Sommige vrouwen voelen al persdrang terwijl de bevalling nog in de ontsluitingsfase is. Dat kan best verwarrend en intens zijn. Het komt bijvoorbeeld voor als je baby in een lastige houding ligt, zoals als sterrenkijker.

Je mag dan nog niet persen, omdat de baarmoedermond nog niet ver genoeg open is. Wat helpt? Leun naar voren en steun op handen en ellebogen - zo verlicht je de druk op je baarmoedermond. Je verloskundige kan je ook goed begeleiden bij het wegzuchten van deze persweeën.

6. Naweeën

Wanneer: direct na de bevalling
Wat voel je: menstruatie-achtige krampen

Naweeën helpen je baarmoeder om weer samen te trekken en terug te keren naar zijn normale vorm. Ze kunnen een paar dagen aanhouden, vooral bij vrouwen die al eerder zijn bevallen.

Weeën timen: hoe doe je dat?

Zodra je merkt dat de weeën regelmatiger komen, is het handig om ze te gaan timen. Zo krijg je een beter beeld van hoe ver je bent in de bevalling.

  • Komt er een uur lang elke 3 tot 5 minuten een wee?
  • Duurt elke wee ongeveer een minuut?

Dan is de kans groot dat je in de ontsluitingsfase zit.

Je telt vanaf het begin van een wee tot het begin van de volgende. Komen je weeën bijvoorbeeld om de 5 minuten? Dan zit er dus 5 minuten tussen het begin van elke wee, en ongeveer 4 minuten pauze tussenin. Als je echt in de ontsluiting zit, merk je meestal ook dat de weeën steeds krachtiger worden.

Wanneer bel je de verloskundige?

Vooraf bespreekt je verloskundige precies in welke gevallen je moet bellen. Denk aan de volgende situaties:

  • Bij regelmatige weeën: als je voor het eerst bevalt en je hebt ongeveer een uur lang weeën die elke 5 minuten komen en ongeveer een minuut duren. Bij een tweede of derde bevalling gaat het meestal sneller en geldt daarom een vaak een ander advies. Vraag je verloskundige ernaar.

  • Bij gebroken vliezen: ongeacht of je weeën hebt of niet. Probeer vruchtwater op te vangen om te zien welke kleur het heeft en laat dat aan je verloskundige zien.

  • Bij bloedverlies: als je helder rood bloed verliest, vergelijkbaar met een menstruatie.

  • Bij ongerustheid: als je je zorgen maakt of twijfelt over wat je voelt.

Lees ook: Wanneer bel je de verloskundige?

Wat kun je doen tegen de pijn?

Hoeveel pijn je tijdens een bevalling ervaart, verschilt erg per vrouw. Je hebt verschillende manieren om de pijn te verlichten als je dat wenst. Wat je precies kunt gebruiken, hangt af van waar je bevalt: thuis of in het ziekenhuis. Ook per ziekenhuis kunnen de mogelijkheden verschillen. Het is daarom handig om je van tevoren goed te laten informeren, zodat je straks bewust kunt kiezen wat het beste bij jou past.

Als je thuis bevalt

Dan kun je bijvoorbeeld gebruikmaken van ademhalingstechnieken en ontspanning. Door rustig te ademen en je te concentreren, kun je de pijn beter aan. Warmte helpt ook goed: een warme douche of een bad kan de spieren ontspannen en de pijn verzachten. Daarnaast kan een massage door je partner of doula verlichting bieden, vooral als ze je rug of schouders masseren tijdens een wee.

Beweging helpt ook vaak; lopen, wiegen of op een geboortebal zitten kan de pijn draaglijker maken. Een andere fijne optie die zowel thuis als in het ziekenhuis kan worden gebruikt, is de TENS. Dit is een klein apparaatje dat via plakkers op je huid lichte stroompjes geeft, waardoor je minder pijn voelt.

Lees meer over pijnbestrijding bij een thuisbevalling.

Als je in het ziekenhuis bevalt

In het ziekenhuis heb je nog meer mogelijkheden. Er is de mogelijkheid om remifentanil (pompje) te gebruiken, een sterke pijnstiller via een infuus die snel werkt en makkelijk te doseren is. Ook een ruggenprik kan een optie zijn: dit is een verdoving vanaf de taille, waardoor je bijna geen weeënpijn meer voelt. Een andere methodes in het ziekenhuis is lachgas (Entonox), dat helpt ontspannen en de pijn verzacht. Welke manier van pijnbestrijding je ook kiest, het belangrijkste is dat jij je er prettig en veilig bij voelt.

Lees meer over pijnbestrijding in het ziekenhuis.

Vroegtijdige weeën stoppen met weeënremmers

Soms moet een bevalling juist worden uitgesteld, bijvoorbeeld als je tussen 24 en 34 weken zwanger bent en je vroegtijdige weeën krijgt. In dat geval kunnen artsen weeënremmers geven via een infuus, injectie of tablet. Dit geeft extra tijd om de longen van je baby te laten rijpen. De gynaecoloog bekijkt altijd zorgvuldig of het nodig is.

Wat als je weeën wegvallen?

Het kan gebeuren dat je weeën tijdens de ontsluitingsfase ineens minder worden of zelfs helemaal stoppen. Dat is niet ongewoon. Vaak gebeurt dit als je gespannen, angstig of afgeleid bent - bijvoorbeeld tijdens de autorit naar het ziekenhuis. Soms duurt het even voordat de weeën weer op gang komen in de verloskamer.

Wat kun je zelf doen om de weeën te stimuleren?

  • Drink wat water of sportdrank
  • Ontspan je lichaam (denk aan een massage of warme douche)
  • Verander van houding zodat je baby beter indaalt
  • Ook een orgasme kan helpen, en ja dat klinkt misschien gek. Daar komt namelijk veel oxytocine bij vrij. Doe vooral wat voor jou prettig voelt.

Medisch weeën opwekken

Als de bevalling niet vanzelf (goed) op gang komt, kan je in het ziekenhuis een infuus krijgen met weeënopwekkers (medische oxytocine). Dit noem je een bevalling inleiden. Dit gebeurt bijvoorbeeld:

Bron: deverloskundige.nl

Beeld: iStock.com/Aja Koska