Voeding bij coeliakie (glutenvrij eten)
Wanneer je kind lijdt aan coeliakie moet hij zich zijn hele leven houden aan een streng glutenvrij dieet. Dat betekent dat hij geen voedingsmiddelen mag eten waarin de vijf genoemde graansoorten zijn verwerkt. Het is erg belangrijk dat je je nauwkeurig aan dit dieet houdt. Zodra er namelijk ook maar een klein beetje gluten in zijn dunne darm terechtkomt, kan je kind onmiddellijk last krijgen van buikpijn, diarree of andere klachten die samenhangen met coeliakie.
Afgeleide producten
Het is erg lastig om een glutenvrij menu samen te stellen. Gluten komen immers voor in de meest alledaagse voedingsmiddelen, zoals brood, pasta en koekjes. Bovendien kun je in de meeste gevallen niet direct op het etiket van het product zien of de vijf ‘verboden’ graansoorten erin zijn verwerkt. Van deze graanproducten worden namelijk allerlei afgeleide producten gemaakt, die je niet direct als graanproduct herkent.
Een bekend voorbeeld van zo’n moeilijk te herkennen, afgeleid product is tarwezetmeel. Dit wordt in heel veel voedingsmiddelen verwerkt. In het ideale geval staat het gewoon tussen de ingrediënten op het etiket. Maar vaak staat er ook alleen maar ‘zetmeel’. Je weet dan niet of het om tarwezetmeel gaat, dat je kind niet mag hebben, of om bijvoorbeeld aardappelzetmeel, dat wel veilig is. In dat geval is het beter om geen risico te nemen en het product in het schap te laten staan.
Schakel hulp in van een diëtist
Het is vrijwel onmogelijk om zonder deskundige hulp een glutenvrij dieet voor je kind op te stellen. Laat je daarom begeleiden door een diëtist. Hij heeft hoogstwaarschijnlijk een uitgebreide lijst voor je klaarliggen, waarop je precies kunt vinden welke producten je kleine zonder risico kan eten. Daarnaast zal de diëtist je kind waarschijnlijk extra vitaminen, mineralen en calorieën voorschrijven, zodat hij een eventueel opgelopen groeiachterstand weer kan inhalen.
Landelijk Informatiecentrum Voedselovergevoeligheid
Voor een lijst met glutenvrije producten kun je ook terecht bij het Landelijk Informatiecentrum Voedselovergevoeligheid (LIVO). Deze organisatie stelt jaarlijks een lijst op van merkproducten die je kind zonder risico kan gebruiken. Het nadeel van deze lijst is dat het altijd een momentopname blijft. De samenstelling van een product kan immers altijd worden gewijzigd. Om daarvan op de hoogte te blijven, kun je bij het LIVO ook tussentijdse wijzigingslijsten aanvragen. Voor vragen over voeding bij gevoeligheid kan je terecht bij het Voedingscentrum, (070) 306 88 88 (op werkdagen tussen 9.00 en 17.00 uur) of kijk op voedingscentrum.nl.
Wat mag wel en wat mag niet?
Om je alvast een beetje op weg te helpen, vind je hier een lijstje met de ‘verboden’ graanproducten en hun afgeleiden, evenals een aantal alternatieven die je kind wel mag eten:
- Niet: Tarwe, rogge, haver, gerst, spelt, gierst (grensgeval), tarwezetmeel, bloem, beschuit, mout, gom, azijn, glutamaat en andere afgeleiden van de genoemde granen.
- Wel: Zetmeel of bindmiddelen op basis van: aardappel, boekweit, maïs, soja, rijst, gelatine, tapioca, johannesbroodpitmeel, sago, agar-agar, arrowroot, guarpitmeel, xanthaangom, fabrieksmatig glutenvrij gemaakte meelsoorten en andere producten op basis van deze granen en bindmiddelen.