Leren in groep 1 en 2

Leren in groep 1 en 2

Wat je kind leert, wordt zowel bepaald door de school als door de overheid. In de wet is vastgelegd in welke vakken je kind op de basisschool in ieder geval les moet krijgen. Natuurlijk krijgt je kind niet al die vakken meteen in de eerste twee groepen.

Taal

Tijdens het kringgesprek, waar de dag op veel scholen mee begint, traint je kind zijn mondelinge taalvaardigheid. De juf of meester stelt vragen, waardoor je kleuter leert om duidelijke antwoorden te formuleren. Ook wanneer je kind een liedje leert of wanneer de meester voorleest, komt hij op een intensieve manier in aanraking met taal.

Zintuiglijke en lichamelijke oefening

De zintuigen van je kind worden tijdens de hele schooldag op verschillende manieren geprikkeld. Daarbij gaat het vooral om zijn gezichtsvermogen, gehoor en tastzin. Zo leert je kleuter om steeds nauwkeuriger te kijken, te luisteren en te voelen. Tijdens verschillende bewegingsspelletjes en buiten op het plein traint je kind al spelenderwijs zijn spieren en de coƶrdinatie van zijn hele lichaam.

Kunstzinnige oriƫntatie

De meeste kleuters zijn dol op activiteiten als tekenen, schilderen en knutselen. Deze ā€˜vakken’ bieden je kind de gelegenheid om zijn creativiteit te ontwikkelen. Tegelijkertijd oefent hij op deze manier zijn oog-handcoƶrdinatie en ontdekt hij hoe hij verschillende materialen kan gebruiken

Rekenen

In groep 1 en 2 leert je kind vaak op een speelse manier de cijfers ƩƩn tot en met tien kennen en herkennen. Met behulp van liedjes en spelletjes maakt hij zich de volgorde van de getallen eigen. Ook kan hij aan het einde van deze schooljaren vaak al zeggen welk getal er op zijn T-shirt staat of hoeveel appels er in de fruitmand liggen.

Sociale en maatschappelijke vaardigheden

Net als op het kinderdagverblijf en de peuterspeelzaal leert je kleuter op de basisschool hoe hij met andere kinderen om moet gaan. Tijdens groepsopdrachten leert hij om samen te werken. En wanneer hij tegelijk met zijn klasgenootjes een tekening maakt, leert hij hoe hij kleurpotloden kan delen en dat hij moet wachten op zijn beurt, wanneer een ander het blauwe potlood al heeft.