
Heeft je kind voorkeur voor één ouder? Zo ga je ermee om
Soms maak je als ouder mee dat je kind een duidelijke voorkeur heeft voor één van jullie. Dat kan best confronterend of pijnlijk voelen, zeker als je kind de ander ineens lijkt af te wijzen. Je bent daarin niet alleen: veel gezinnen herkennen dit. In dit artikel vertellen we hoe die voorkeur ontstaat, wat je als ouder kunt doen en hoe je samen de balans kunt bewaren.

Beoordeeld door
Rian MeddensOpvoed- & ontwikkelingsexpert
Waarom heeft mijn kind een voorkeur voor één ouder?
Het is heel normaal dat jonge kinderen een voorkeur hebben voor één ouder. Dit kan in de loop van de tijd veranderen. Kinderen voelen zich vaak meer aangetrokken tot de ouder met wie ze het meeste contact hebben of die op dat moment beter past bij wat ze nodig hebben. Hechting speelt ook een grote rol. Kinderen hechten zich sterk aan hun ouders. Soms kiezen ze liever de ouder bij wie ze zich het veiligst en meest vertrouwd voelen. Dit is normaal en hoort bij hun emotionele ontwikkeling.
Verschil met eenkennigheid
Een voorkeur voor een ouder is iets anders dan eenkennigheid. De meeste kinderen ontwikkelen eenkennigheid tussen de 9 en 18 maanden. Ze hechten zich dan sterk aan één of twee personen en ze reageren angstig op anderen. Kinderen die eenkennig zijn, laten verlatingsangst zien. Ze worden angstig als ze vreemden zien waardoor ze wegkruipen bij hun ouder of gaan huilen. Meer weten? Check deze tips als je kind last heeft van verlatingsangst.
Dit zegt de hechtingstheorie van Bowly erover
Volgens de hechtingstheorie van John Bowlby hechten kinderen zich het meest aan de ouder die het vaakst goed reageert op hun signalen. Dat betekent niet dat de andere ouder minder belangrijk is. Het betekent alleen dat kinderen zich soms meer verbonden voelen met één ouder. Dr. Mary Ainsworth, een collega van Bowlby, legt uit dat een veilige hechting belangrijk is voor de emotionele groei van een kind.
10 oorzaken als je kind een duidelijke voorkeur heeft
Een voorkeur voor één ouder verschilt per kind en kan ook per moment verschillen. Soms wil een kind bijvoorbeeld bij het slapengaan alleen die ene ouder, maar maakt het de rest van de dag niet uit. Ook kan het per periode verschillen, bepaalde maanden heeft een kind een voorkeur voor de moeder, terwijl over een half jaar de voorkeur voor de andere ouder kan ontstaan. Een kind kan om deze redenen een voorkeur ontwikkelen. We zetten tien oorzaken op een rij.
Aanwezigheid: de ouder die het vaakst bij het kind is, voelt het meest vertrouwd.
Borstvoeding: bij baby’s kan borstvoeding meespelen, omdat ze dan vaker bij de moeder zijn.
Verzorgingstaken: de ouder die het meeste voor het kind zorgt, wordt vaak de voorkeursouder.
Persoonlijkheid: een kind kan zich meer op zijn gemak voelen bij de ouder die beter past bij zijn of haar karakter.
Opvoedstijl: een kind kan zich meer aangetrokken voelen tot een opvoedstijl waar hij zich prettig bij voelt. Sommige kinderen vinden het fijn als een ouder soepeler is, terwijl andere kinderen het juist fijn vinden als een ouder veel duidelijkheid biedt.
Levensfase: de voorkeur kan wisselen per fase, zoals tijdens de peuterpuberteit.
Huid-op-huidcontact: in de eerste maanden helpt dit contact om de band te versterken.
Stress en stabiliteit: in spannende tijden kiest een kind vaak de ouder die rust en veiligheid geeft.
Aanvoelen van signalen: de ouder die beter reageert op wat het kind laat zien, krijgt vaker de voorkeur.
Externe factoren: veranderingen zoals een verhuizing, scheiding of andere gezinsdingen kunnen ook invloed hebben.
8 tips voor als je kind een voorkeur heeft voor je partner
Het kan pijn doen als je kind je afwijst. Maar dat betekent niet dat hij meer van de andere ouder houdt. Deze tips kunnen helpen.
Neem het niet persoonlijk: het is meestal een fase die vanzelf overgaat, maar praat over wat het bij je oproept met je partner of vriend(en).
Blijf rustig, duidelijk en begripvol: blijf consequent, ook als je kind jouw afwijst. Toon tegelijkertijd begrip voor de behoeftes van je kind.
Verdeel de zorgtaken: laat ook de andere ouder dingen doen, ook als je kind daar geen zin in heeft.
Blijf jezelf: doe geen dingen die niet bij je passen om leuk gevonden te worden.
Breng tijd samen door: speel, lees of knutsel samen. Dit versterkt jullie band. Plan regelmatig tijd voor jullie tweeën.
Werk samen als ouders: spreek af hoe jullie beiden betrokken blijven bij de zorg. Geef elkaar ruimte en steun, zodat je kind zich bij jullie allebei veilig voelt.
Blijf positief: kinderen voelen het als je gespannen of verdrietig bent. Als jij rustig en positief blijft, voelt je kind zich ook fijner.
Voorkom spanningen: een voorkeur van je kind kan zorgen voor ruzie tussen ouders. Praat erover met elkaar en luister goed naar elkaar wat het bij de ander oproept. Probeer samen duidelijke afspraken te maken.
Wanneer hulp inschakelen?
Meestal is oudervoorkeur tijdelijk en niet erg. Maar als het zorgt voor veel spanning in het gezin, als anderen er last van hebben, of als je kind erg bang is zonder de voorkeursouder, dan is het goed om hulp te zoeken. Een kinderpsycholoog of orthopedagoog kan dan helpen.
Creëer een warme & veilige omgeving
Een voorkeur voor één ouder komt vaak voor bij peuters en kleuters. Door geduldig, liefdevol en duidelijk te zijn, kunnen ouders samen zorgen voor een goede band met hun kind. Blijf met elkaar praten, breng tijd samen door en vraag hulp als het nodig is. Zo voelt je kind zich veilig en geliefd bij beide ouders.
Volgens deskundigen doen kinderen het vaak beter als ze een sterke band hebben met beide ouders. Rian Meddens, Orthopedagoog Generalist en deskundige bij WIJ, zegt: “Kinderen die zich veilig en geliefd voelen door beide ouders ontwikkelen meestal een beter zelfbeeld en zijn beter in staat om gezonde relaties op te bouwen.”
Bron: Psychogoed
Ontdek meer tips en adviezen van deskundige Rian Meddens.