
Waarschijnlijk had jij je, net als zoveel andere jonge ouders, voorgenomen om altijd begripvol te zijn voor je kind. Straffen vind je eigenlijk maar niks. En voor een groot deel heb je daar gelijk in. Het straffen van je kind mag in geen geval het belangrijkste element van de opvoeding worden. Je kind belonen wanneer hij goed gedrag vertoont, is in veel gevallen beter. Soms is een straf nodig om te onderstrepen dat je meent wat je zegt. Hierbij is het verstandig om een aantal regels in acht te nemen.
Regels bij het straffen
Wanneer je je kind straf geeft, kun je het beste zorgen voor een goede dosering. Als de straf te licht is, maakt het weinig indruk op hem. Maar een straf mag ook niet te zwaar zijn. Dan kan je kind immuun worden voor straffen. Een lichte straf zal hem dan op den duur niet meer deren. Het is in elk geval verstandig om altijd redelijk te blijven. Het is voor je kind verwarrend wanneer hij een zware straf krijgt, terwijl hij alleen maar ondeugend was.
Een straf dient bovendien op het juiste moment te worden uitgedeeld. Als je kind ’s ochtends stout is, is het niet verstandig om ’s avonds, als hij heel lief is, tegen hem te zeggen dat hij geen toetje krijgt vanwege zijn gedrag die ochtend. Je kind begrijpt dan niet dat de straf het gevolg is van zijn gedrag.
Het is belangrijk om de verstandhouding met je kind goed te houden. Als je hem kwetst, bang maakt of te vaak straft, kan deze verslechteren. De kans bestaat dat je kind zich alleen maar slechter gaat gedragen en zich bovendien steeds ongelukkiger voelt. Ook kun je je kind beter niet straffen als hij al spijt heeft. Hij weet al dat hij stout is geweest en als je hem toch straft, kan zijn spijt veranderen in boosheid.
Manieren van straffen
Er zijn een heleboel verschillende manieren om je kind straf te geven. Hierbij is het niet zo dat een zware straf beter is dan een lichte straf. Sterker nog, een zware straf kan averechts werken: het gedrag wordt onderdrukt, maar de neiging om het gedrag te vertonen, blijft gewoon bestaan. Bovendien is een milde straf vaak net zo effectief. Ook is het zo dat iedere vorm van straffen aan kracht inboet wanneer je er te vaak gebruik van maakt. Het is daarom verstandig om een straf alleen te gebruiken in situaties, waarin je kind een duidelijk vastgestelde regel overtreedt. Als ouder kun je zelf het beste bepalen welke manier van straffen bij jouw manier van opvoeden en bij jouw kind past.
Verbale straffen
Soms heeft je kind het nodig om streng te worden toegesproken. Als jij met een glimlach zegt: "Niet meer doen hoor, lieverd," zal hij vooral je glimlach zien en een uur later hetzelfde gedrag vertonen. Maar wanneer jij hem met een streng gezicht duidelijk maakt dat je zijn gedrag niet meer wilt zien, zal hij veel beter beseffen dat je meent wat je zegt. Wanneer je jouw kind toespreekt, is het bovendien beter om een beroep te doen op zijn gezonde verstand, dan om te dreigen met straf. Zeg liever: "Ik wil graag dat je je speelgoed opruimt, omdat er mensen over kunnen vallen", dan "Als je nu je speelgoed niet opruimt, stuur ik je naar je kamer."
Een andere verbale straf is dreigen. Dreigen kun je echter beter voorkomen. De kans bestaat namelijk dat je kind jou gaat uitdagen, om uit te proberen of je echt meent wat je zegt. Het is dan ook niet verstandig om te dreigen zonder deze dreigementen uit te voeren. Als je kind weet dat je meent wat je zegt, zal hij eerder luisteren.
Boosheid
Op welke manier je je kind ook straft, het is uiteindelijk jouw boosheid die de werkelijke straf vormt. Als je kind merkt dat je boos of teleurgesteld bent, zal dat waarschijnlijk meer indruk op hem maken dan wanneer je hem naar zijn kamer stuurt. Met een boze blik of een verdrietige zucht kun je vaak meer bereiken.
Wegsturen
Als je kind erg vervelend is, zou je hem eventjes op de gang kunnen zetten. Laat hem dan niet te lang op de gang staan, maar haal hem bijvoorbeeld na een paar minuten weer terug. Het is overigens niet verstandig om je kind voor straf naar zijn bed te sturen. Zijn bed moet namelijk een veilig warm nestje blijven en geen plek waar je naar toe moet als je stout bent geweest.
Onthouden van voorrechten
Je kunt je kind voor straf bepaalde voorrechten onthouden. Vanmiddag geen televisie kijken, vanavond geen toetje… Hierbij is het van belang dat de straf aansluit bij zijn gedrag. Als je kind zijn bord niet wil leegeten, waarschuw dan dat hij ook geen toetje krijgt. Als je kind zijn speelgoed niet wil opruimen, vertel hem dan bijvoorbeeld dat hij pas met zijn autootjes mag gaan spelen als zijn andere speelgoed keurig is opgeruimd.
Negeren
Als je kind blijft zeuren om een snoepje of steeds maar blijft vragen of hij televisie mag kijken, zou je hem kunnen negeren. Dit is echter geen goede oplossing in gevaarlijke situaties, bijvoorbeeld wanneer je kind met voorwerpen aan het gooien is. Ook kun je dit beter niet doen wanneer zijn gedrag vervelend is voor andere mensen.
Niet doen: slaan
Je kind straffen door hem te slaan, is nooit een oplossing en bovendien bij wet verboden. Met slaan kun je geen medewerking afdwingen. Bovendien geef je je kind een verkeerd voorbeeld. Je leert hem dat geweld een goed middel is om je zin te krijgen. Ook bestaat er een kans dat hij zelf ook gaat slaan, omdat hij denkt dat het erbij hoort.
Reacties (9)
Over eten word niet moeilijk gedaan want ik wil niet dat het een strijd word .. eten is daar te belangrijk voor .. ik ben zelf een emo eter en wil dat absoluut niet voor mijn kinderen ..
Gedrag komt altijd ergens vandaan. Door de onderliggende oorzaak of behoefte te negeren en alleen maar het gedrag te beïnvloeden krijg je een kind dat uiterlijk misschien 'luistert', maar ondertussen alleen maar meer weerstand opbouwt. Bovendien leren kinderen van wat ze zien: als jij dus alleen maar gehoorzaamheid kan afdwingen door manipulatie (met straf of beloning), gaat je kind dat zelf ook gebruiken. En voilà, de machtsstrijd is geboren!
Het onder woorden brengen van de behoefte zorgt er daarentegen voor dat het kind zich begrepen en gesteund voelt, en samen kun je dan een oplossing zoeken. Zo help je je kind om sociaal te zijn, in plaats van asociaal.
Daarmee zou ik nl alleen maar stimuleren vooral meer te eten dan hij nodig heeft.
Alleen als hij zijn bordje niet leeg heeft, en na het toetje honger heeft, dan heeft hij pech.
Dat doet hij dan ook maar één keer. Hij heeft heel snel geleerd genoeg te eten, zonder te overeten.
En hij groeit als kool.
Slaan komt bij ons niet voor dat zou ik zeker niet goedkeuren maar er word wel straf geregeld, en bijna iedere dag wel. Momenteel zit mijn dochter voor straf thuis ipv op haar dansles.
Het is op papier makkelijk gezegd dat mild straffen goed is enz enz maar de praktijk werkt vaak anders.
Ik denk dat ik ook zeker niet de enige ouder ben die er zo over denkt.