
Verlosmoeder Djanifa: 'Ongelijkheid in de geboortezorg bestaat!'
“Als verloskundige ontmoet ik dagelijks zwangere vrouwen met verschillende achtergronden en verhalen. Eén ding valt me op: onbewuste aannames leiden vaak tot ongelijke zorg. En juist in de zwangerschap kan dat veel impact hebben.” Verlosmoeder Djanifa spreekt zich uit over vooroordelen in de geboortezorg.
Wat zeggen de cijfers in Nederland
Uit onderzoek blijkt dat vrouwen met een migratieachtergrond in Nederland 40% meer kans hebben dat hun baby rond de geboorte overlijdt. Dat verschil is schokkend groot in een land waar we denken dat iedereen dezelfde kansen heeft op een gezonde start.
Ook voor moeders zelf zijn de risico’s niet gelijk verdeeld. Zo hebben vrouwen die afkomstig zijn uit Sub-Sahara Afrika, Suriname en de Nederlandse Antillen drie keer zoveel kans om tijdens of kort na de zwangerschap te overlijden vergeleken met Nederlandse vrouwen.
Het misverstand van ‘ras’ in de zorg
Nog steeds zie ik hoe vaak etniciteit of ras gebruikt wordt als verklaring voor medische verschillen. Terwijl genetisch gezien de verschillen tussen mensen ontzettend klein zijn. De verschillen tussen mannen en vrouwen zijn zelfs groter dan die tussen verschillende etnische bevolkingsgroepen. Toch zijn er jarenlang protocollen geweest waarin etniciteit een rol speelde.
Een voorbeeld: in de zogenaamde VBAC-calculator - een model dat de kans berekent op een vaginale bevalling na een keizersnede - werd etniciteit standaard meegenomen als factor. Dit verlaagde automatisch je slagingspercentage, waardoor de kans groter werd dat een keizersnede werd geadviseerd.
Check bij je ziekenhuis of ze op de hoogte zijn
Internationale medische organisaties hebben zich uitgesproken over het gebruik van etniciteit in de VBAC-calculator. Sinds 2021 is er een nieuwe versie die etniciteit nÃet meer meeneemt, omdat er geen biologische basis voor is. Helaas gebruiken veel ziekenhuizen de oude versie nog automatisch, omdat die geïntegreerd is in hun systeem. Soms weet een arts niet eens dat etniciteit meespeelde. Belangrijk dus om dit na te vragen als je hierover in gesprek gaat.
Institutioneel racisme bij apparaten
Eén van de voorbeelden van hoe technologie ongelijkheid kan versterken, is de saturatiemeter. Dit apparaatje meet het zuurstofgehalte in het bloed met behulp van licht dat door de huid heen schijnt. Het wordt vaak gebruikt om snel te zien of er sprake is van een zuurstoftekort. De apparatuur is alleen gekalibreerd op een lichte huid.
Donkere huid? Minder betrouwbare uitslag
Wat veel zorgverleners en patiënten niet weten: bij mensen met een donkere huid meet het apparaat minder betrouwbaar. Door het pigment in de huid wordt vaak ten onrechte een hoger zuurstofgehalte weergegeven. Het gevolg? Je krijgt misschien niet de extra zorg of zuurstof die eigenlijk wél nodig is. Een studie uit 2022 bevestigde dat de saturatiemeter bij miljoenen patiënten zorgbeslissingen negatief heeft beïnvloed tijdens de coronapandemie.
Rassencorrectie bij meten longfunctie
Een ander voorbeeld is de spirometer, een apparaat dat de longfunctie meet. Het wordt gebruikt om te bepalen of iemand bijvoorbeeld astma, COPD of een andere longziekte heeft. Decennialang zat er in de software van de spirometer een zogenoemde ‘rassencorrectie’. Dat betekende dat de gemeten longfunctie automatisch lager werd ingeschat bij mensen met een Afrikaanse (10-15% lager) of Aziatische (4-6% lager) achtergrond.
Dit idee gaat terug op de 19e-eeuwse arts Samuel Cartwright, die tijdens de slavernij beweerde dat zwarte mensen van nature kleinere longen hadden. Hij gebruikte dat ‘bewijs’ om slavernij te rechtvaardigen. Hoewel dit al lang medisch ontkracht is, bleef zijn gedachtegoed in de apparatuur in de praktijk voortleven.
Het gevolg? Mensen met een migratieachtergrond kregen vaker te horen dat hun longfunctie ‘normaal’ was, terwijl die eigenlijk te laag was. Daardoor werd ernstige longziekte soms later herkend of minder serieus genomen. Een studie uit 2024 toont zelfs aan dat dit bij 40% van de patiënten het geval was.
En zo blijft ongelijkheid stilletjes bestaan in de gezondheidszorg.
Differentiëren, niet discrimineren
Dat betekent niet dat we verschillen moeten negeren. Integendeel. Het is belangrijk om te weten dat zuurstoftekort er op een donkere huid anders uitziet dan op een lichte huid. Of dat sommige medicijnen anders werken bij vrouwen dan bij mannen. Deze kennis helpt ons betere zorg te geven. Maar het vraagt ook van ons om kritisch te blijven: gaat dit over echte medische verschillen of over een vooroordeel?
Het begint met bewustwording, maar echte impact ontstaat door verandering: in luisteren, zelfreflectie en elkaar aanspreken in de zorg. Daarom deel ik deze kennis, zodat we samen de druk op verandering kunnen opvoeren.
Dit artikel is in een verkorte versie eerder verschenen in magazine WIJ. Bronnen die Djanifa hiervoor heeft geraadpleegd zijn bij de redactie bekend.