TRAP twin: Roos was zwanger van zeldzame tweeling

TRAP twin: Roos was zwanger van zeldzame tweeling

Mijn vriend en ik hebben al vier jaar een relatie. We hadden een prachtige hoekwoning gekocht en deze volledig verbouwd. Na de verbouwing voelden we ons klaar voor de volgende stap: een kind. Maar wat volgde, was alles behalve wat we hadden verwacht. Ik raakte zwanger van zeer bijzondere tweeling: een TRAP twin. Iets waarvan we niet eens wisten dat het bestond.

Geschreven door Roos

Spiraal verwijderen

Twee jaar geleden ontdekte ik dat er iets niet in orde was. Na het verwijderen van mijn spiraal werd ik niet meer ongesteld en merkte ik een toename van haargroei. Ik besloot naar de dokter te gaan en werd doorgestuurd voor verder onderzoek. Na verschillende tests, waaronder een inwendige echo, werd de diagnose PCOS gesteld.

Met deze diagnose begonnen we aan een fertiliteitstraject dat anderhalf jaar duurde. Ik startte met één pil per dag, genaamd Letrozol, om mijn eisprong te stimuleren. Dit werd uiteindelijk verhoogd naar twee pillen per dag. Ik kon ook kiezen voor injecties, maar ik heb een grote angst voor naalden dus dit wilde ik zo lang mogelijk uitstellen. Ondertussen werd er ook een HSG uitgevoerd om te controleren of mijn eileiders verstopt waren. Ik was bang dat het zeer zou doen, dit viel gelukkig mee. Ze spuiten dan je eileider door om te kijken of er verklevingen of verstoppingen zitten. Gelukkig was dit niet het geval, maar ondanks alle inspanningen werd ik niet zwanger.

De verrassing: zwanger na een negatieve test

Na een afspraak bij de dokter om toch te starten met injecties voelde ik me die week niet lekker. Eerst dacht ik dat het kwam omdat ik zo opzag tegen de injecties. Ik was moe en huilerig, dus toen dacht ik dat ik ongesteld zou worden. Ik deed voor de zekerheid ook een zwangerschapstest, maar deze was negatief. Toch voelde het alsof ik mijn menstruatie zou komen, dus deed ik een tampon in en ging slapen. De volgende ochtend werd ik wakker, maar was niet ongesteld. Ik gooide de tampon weg en zag toen opeens dat de zwangerschapstest van de dag ervoor positief was. Natuurlijk weet ik dat de uitslag dan niet meer geldig is, maar toch deed ik voor de zekerheid nog een zwangerschapstest. Tot mijn verbazing was die meteen positief! Het was een moment vol verwarring en blijheid door elkaar. Ik belde huilend van blijdschap mijn vriend. We hadden natuurlijk net besloten om over te stappen op injecties, maar dat bleek niet meer nodig te zijn. Direct ging ik van alles opzoeken, wat mag je wel en niet doen, welke dingen mag ik nog eten enzovoort.

Fertilily cup

Het kan toeval zijn of het gebruik van de fertilily cup heeft geholpen om zwanger te raken, die week had ik de conceptiecup voor het eerst gebruikt. Deze cup plaats je inwendig en zorgt ervoor dat er meer zaadcellen in de richting van de baarmoedermond gaan.

Iets vreemds op de echo

Omdat we in een fertiliteitstraject zaten, kregen we een vroege echo in het ziekenhuis bij zeven weken. Alles leek goed, hoewel de groei van de baby iets achterliep. Een week later werd een tweede echo gemaakt en opnieuw leek alles in orde. We mochten vanaf toen naar de gewone verloskundige en waren we niet meer medisch.

Lees ook: Wanneer krijg je een medische indicatie?

Bij de termijnecho, rond 12 weken, voelde ik dat er iets niet helemaal goed was. Die ochtend zei ik nog tegen mijn vriend dat ik een vreemd voorgevoel had. En inderdaad, de verloskundige ontdekte iets bij de voetjes van de baby, wat niet direct te identificeren was. Na een inwendige echo zagen we iets vreemds: een klein, bewegend figuurtje van slechts 2 cm, maar zonder hartslag. Het leek op een teddybeer met babyvoetjes, maar het was geen levende baby. De verloskundige vertelde dat het een acardiacus was. Dit is een foetus zonder hart. Dit komt ongeveer 20x per jaar voor in Nederland. Het nieuws kwam flink binnen. We werden opnieuw medisch en moesten naar het LUMC in Leiden voor verder onderzoek.

echo-trap-twin-acardiacus

De echofoto met in het oranje vakje de acardiacus en in het groene vakje kijk je op het hoofdje van de baby.

Weekend vol onzekerheid

De verloskundige heeft alles meteen doorgezet naar het LUMC in Leiden, zodat ze daar konden kijken wat er gedaan moest worden. Daarna was het weekend. Wij moesten naar huis, en ik dacht alleen maar: wat gebeurt er met mijn baby? Wat zit er in mijn buik? Ik was helemaal in tranen, want we wisten niet wat ons overkwam. En nu waren we weer medisch, terwijl we net klaar waren met alles wat medisch was. Ik wilde geen ziekenhuizen meer.

Ik heb ook mijn vader gebeld en gevraagd of hij wilde komen. Toen heb ik hem verteld dat ik zwanger was, maar ook dat er dit speelde.

Wat zijn een TRAP twin en acardiacus?

Een TRAP twin is een zeldzame complicatie tijdens een tweelingzwangerschap. TRAP staat voor Twin Reversed Arterial Perfusion. Dit gebeurt alleen bij eeneiige tweelingen die de placenta delen. Bij een TRAP twin groeit één van de baby’s niet normaal. Deze baby (de “acardiacus”) ontwikkelt zich niet volledig en heeft meestal geen hart. De andere baby (de “pump-twin”) pompt bloed naar de acardiacus via de gedeelde placenta. Hierdoor werkt het hart van de gezonde baby extra hard. Dit was waarschijnlijk ook de reden dat onze baby wat kleiner was. Soms is een kleine operatie nodig om de bloedtoevoer naar de acardiacus te stoppen.

Vervolgonderzoek

Na een lang weekend waarin we er achter kwamen hoe zeldzaam de aandoening is, en daarom ook weinig informatie vonden, konden we op dinsdag meteen terecht in het UMC in Amsterdam. Daar bevestigden ze met een echo opnieuw wat er aan de hand was. Het LUMC in Leiden nam de verdere behandeling over. Ze zagen dat er een bloedstroom was tussen de gezonde baby en de andere, dus daarom bleef die nog doorgroeien.

Op woensdag in Leiden maakten ze weer een echo, dit keer heel uitgebreid om alles goed in kaart te brengen. De bloedstroom leek niet heel sterk te zijn, wat gunstig is. Ook bleek de acardiacus klein te zijn, ongeveer 2,5 cm terwijl ons kind al 12 cm was. De hoop was dat de bloedtoevoer al minder was geworden en dat de natuur het probleem zou oplossen. Op dat moment was ik 13 weken zwanger. Er volgden in de 3 weken daarna wekelijks een echo waarin voor ons steeds wat positievere ontwikkelingen waren.

We deden toen ook de NIPT-test, maar we kregen de uitslag niet omdat er te weinig bloedcellen van de baby in mijn bloed zaten. Dat kwam er ook nog eens bij, nog meer onzekerheid. Het was mentaal heel zwaar, zoveel onbekende dingen. Na 12 dagen moest ik de test opnieuw laten doen. Ook ontdekte ze bij de 20 wekenecho dat de acardiacus niet meer groter werd, een operatie was dus niet meer nodig.

Zwangerschap met veel spanning

De zwangerschap is voor mij voornamelijk mentaal zwaar. Ik merkte dat ik prikkelbaarder was door de constante spanning of alles goed ging met de kleine. We wisten inmiddels dat de baby een jongen is, ondanks dat we dat van te voren nog niet wilde weten. Bij de 20-wekenecho kwam zijn piemel meteen al in beeld, dus we konden er niet meer omheen. Helaas kreeg ik met 20 weken zwangerschap ook last van galstenen, daar konden ze tijdens de zwangerschap niks mee, maar die galsteenaanvallen deden zoveel pijn…

De bevalling

Bij 37 weken ben ik ingeleid omdat er kans is dat de navelstreng van de acardiacus in de knoop raakt met die van onze baby. En de acardiacus moet er natuurlijk ook uit. De bevalling vond ik heftig en pijnlijk.

Op 4 november begon het: ik kreeg een ballonnetje om de bevalling op gang te brengen. Het zetten deed geen pijn, maar toen het ballonnetje eenmaal zat, kreeg ik meteen pijnlijke weeën. De volgende dag mochten we ons om 7 uur ’s ochtends in het ziekenhuis melden. Ik had 2 cm ontsluiting, dus braken ze mijn vliezen en kreeg ik weeënopwekkers. Het infuus prikken ging helaas niet soepel; pas na drie pogingen zat het goed.

Ik red dit niet meer!

Ik kwam in een kamer met een bad en mijn moeder was er gelukkig bij. De weeënopwekkers werden steeds verhoogd, maar mijn lichaam werkte nog niet mee. Rond 12 uur ging ik in bad, maar de weeënstorm was zo zwaar dat ik dacht: “Ik red dit niet meer.” Met 4 à 5 cm ontsluiting vroeg ik om een ruggenprik. Ook dat ging niet makkelijk, want die moest ook drie keer worden gezet. Uiteindelijk kwam een andere anesthesioloog helpen. Na de ruggenprik kon ik eindelijk even slapen.

Rond 8 uur ’s avonds begonnen de weeën weer en moest ik ze echt wegpuffen. Mijn vriend hielp me geweldig. Een uur later mocht ik persen, omdat het hoofdje al helemaal was ingedaald. De ruggenprik mocht blijven, en na een uur en een kwartier werd onze zoon geboren om 22:15 uur. Mijn moeder zei meteen: “dat ben jij!” En dat is echt zo, hij lijkt precies op mij. Het was zo bijzonder om eindelijk mijn kind bij me te hebben. Ik bleef maar zeggen ‘‘Wat onwerkelijk!"

Bevallen van de placenta en acardiacus

Met een injectie en wat hulp kwam mijn placenta los, samen met het andere vruchtje. Dat vond ik te heftig om te zien, dus ik keek niet, maar mijn moeder en vriend wel. Het vruchtje had armen en benen, maar geen hoofd. De placenta was groot, zoals voor een tweeling, en de navelstreng van de acardiacus was lang, wat extra risico’s gaf. Gelukkig is alles goed gegaan. De arts heeft met onze toestemming de placenta en de acardiacus meegenomen, omdat het andere medische personeel het graag wilde zien. In dit ziekenhuis was dit nog nooit gebeurd.

Na de bevalling

Onze zoon was kerngezond: 3284 gram, 50 cm en een goede Apgar-score. We hebben een fijne kraamweek gehad, ook al kreeg ik een blaasontsteking door de katheter. Ik kon echt genieten van mijn kleine man.

Helaas ben ik 4 weken na de bevalling weer opgenomen op de kraamafdeling omdat ze mij met spoed moesten opereren aan de galstenen. Gelukkig mochten we met zijn drietjes op de kraamafdeling blijven en werden we goed verzorgd.

Wat ik wil meegeven aan anderen: zelfs in een moeilijke en onbekende zwangerschap is het mogelijk om een gezond kindje te krijgen. Het is zwaar, maar het kan echt goed komen!

Ook je verhaal delen?

Heb jij een bijzonder, mooi, ontroerend of grappig verhaal en wil je die graag met andere mama’s (to be) delen? Deel je verhaal van ongeveer 500-800 woorden via redactie@wij.nl. Je mag er ook 2 á 3 foto’s bij sturen. Wil je graag anoniem blijven? Dat kan. Vermeld dit er dan bij. Let op: verhalen die elders al online verschenen zijn, worden niet gepubliceerd.

Beeld: iStock.com/South_agency