Tamara: '21 weken zwanger? Maar ik kan geen kinderen krijgen!'

Tamara: '21 weken zwanger? Maar ik kan geen kinderen krijgen!'

Het is ergens eind maart als mijn man Ben steeds harder in mijn hand begint te knijpen. Vincent, de vriend van mijn overleden vriendin Rianne, blikt terug op een heftige periode. Hij vertelt over hoe de kanker Rianne uiteindelijk verslagen heeft, over de reeks klachten die ze had en hoe ze uiteindelijk het leven verliet op de jonge leeftijd van 29 jaar. Kort hierna fluistert Ben in mijn oor: “We gaan nu actie ondernemen. Al jullie klachten lijken op elkaar. Wat als bij jou de kanker ook weer terug is?”

Geschreven door Tamara

Tijdens mijn tienerjaren wordt bij mij de ziekte van Hodgkin geconstateerd, een zeldzame vorm van lymfklierkanker. Ik onderga de nodige chemotherapie en word uiteindelijk ‘schoon’ verklaard. Enkele jaren later is de kanker terug. De therapie die daarop volgt is heftig. Chemo, hormonenkuren voor het afnemen van stamcellen, een transplantatie en bestraling. Tijdens dit proces krijg ik te horen dat mijn kinderwens waarschijnlijk niet in vervulling kan gaan, omdat ik snel in de overgang zal belanden.

Enkele jaren later zit ik om tafel bij een gynaecoloog. Mijn hormonen zijn alles behalve goed en hij wil graag verder kijken. Ik blijk in de overgang te zijn. Mijn eiproductie neemt af, de kwaliteit van mijn eitjes ook en mijn baarmoeder is niet meer functioneel voor het vasthouden van een vrucht.

Jaren later ontmoet ik Ben, inmiddels dus mijn man. Aangezien een eerdere relatie stuk liep vanwege het feit dat ik geen kinderen kan krijgen, vertel ik hem al vrij snel: “Ik kan jouw kinderwens niet vervullen. Dus als je die hebt, kun je beter verder zoeken”. Hij heeft wel degelijk een kinderwens, maar besluit samen met mij een kinderloos leven op te bouwen.

Ik schrik wakker door een enorme pijn in mijn buik

Het is december. Ik lig op mijn rug met mijn handen plat op mijn buik. Een positie die ik niet van mezelf gewend ben. Ik kijk opzij en zeg op een grappige toon tegen Ben: “Als ik niet beter wist, zou ik denken dat ik zwanger was.” We moeten allebei lachen. Ik denk nog: hou jezelf niet voor de gek, want het kan niet. Ik laat het los.

Dan is het 27 januari. Ik schrik wakker door een enorme pijn in mijn buik. Waarom weet ik niet, maar ik grijp direct tussen mijn benen. Ik voel een vreemde warmte en haast mij naar het toilet. Inmiddels heeft Ben het nachtlampje ontstoken en kijkt me vol verbazing aan. Ik laat vanaf het bed een spoor van bloed achter, mijn handen zitten volledig onder het bloed en de wc is een chaos. Ben wil de huisarts bellen, maar ik wacht liever even af. De dag die erop volgt verlies ik een vrucht in de wc. Geschrokken bel ik mijn moeder. Zij vertelt mij dat ik een miskraam heb gehad. Met een lichte irritatie in mijn stem benadruk ik dat ik helemaal niet zwanger kan worden. Toch is er blijkbaar een eicel bevrucht geraakt. Helaas met weinig kans van slagen, want ik heb niet de juiste baarmoederwand om een vrucht te volbrengen.

De test

Er volgt een regen aan nieuwe klachten. Toch zijn ze allemaal verklaarbaar. Tot de dag van Rianne’s uitvaart. Het komt nu wel heel dichtbij. We denken aan een tumor in mijn buik. Bij thuiskomst wil Ben er direct werk van maken. Ik wil eerst de uitvaart en het verlies van mijn vriendin laten bezinken. Ik krijg daarna ook last van brandend maagzuur en als ik dokter Google raadpleeg, krijg ik al snel het woord zwangerschap in mijn scherm. OkĂ©, laten we dit dan eerst uitsluiten. Ik rijd naar de winkel en sta voor het schap met testen. Ik besef me ineens dat ik hier eerder dit jaar ook al een keer gestopt ben. Ik vond het toen onzin en heb de test niet meegenomen. Ik koop de meest goedkope test en bij het afrekenen voel ik mij wat ongemakkelijk.

Daarna haal ik mijn vriendin Lotte op en samen rijden we naar huis. Ze maakt de opmerking: “Wat als jullie toch kinderen hadden gehad” en in mijn achterhoofd lach ik. Je moest eens weten wat er in mijn tasje zit! Eenmaal thuis schiet ik het toilet in. Ik plas over de test en bekijk hem. Direct positief?! Dat kan niet. Je moet altijd even wachten? Dus ik graai naar de gebruiksaanwijzing die ergens op de grond ligt en begin te lezen. ‘PAS OP! Niet over het venstertje plassen’. Ah! Ik zal dat wel gedaan hebben. Dus graai ik de volgende test van de grond, ruk het cellofaan eraf en test opnieuw. Wederom direct positief.

Ik zit ruim tien minuten verslagen op de wc en besluit naar boven te lopen. Ik houd de twee testen omhoog en zeg: “Ik ben zwanger”. Ben begint rond te dwarrelen tussen alle chaos van de verbouwing die op dat moment plaatsvindt in ons huis, dat kan niet, dat kan helemaal niet. En hoe moeten we dat doen? En de verbouwing? En wat nu verder? Terwijl Ben hysterisch in paniek rondjes loopt, staat mijn vriendin Lotte al klappend in haar handen en luidkeels te lachen van blijdschap. Ik durf echter nog niet blij te zijn, want wat kan er allemaal misgaan? Is het wel gezond? Kan mijn lichaam dit wel?

Je bent al heel ver!

Kort daarna zit ik bij de huisarts. Ze vraagt naar de reden van mijn bezoek, waarop ik zeg: “Ik ben zwanger.” Er valt een stilte … mijn huisarts kijkt mij vragend aan. Dat was toch niet mogelijk? Ik vertel haar over de twee positieve testen. “Nou wauw, zegt ze, gefeliciteerd. En wat kan ik dan voor je doen?” Ik vertel haar dat ik graag wil weten of het gezond en of het levensvatbaar is. “Kijk het leeft wel hoor, want het beweegt enorm in mijn buik. Ik denk dat ik al vier maanden zwanger ben.” Dan kijkt de huisarts mij vol verbazing aan? “Weet je het zeker?” Ik zie ongeloof in haar ogen. “Kom maar even op de bank liggen, dan onderzoek ik je.”

Als ik op de behandelbank lig, begint mijn huisarts haar onderzoek en drukt op mijn buik. Langzaam zie je haar gezicht betrekken. “Ik denk dat je minimaal al 20 weken zwanger bent!” Wat volgt is een kleine snelheid in onze bezoeken. We hebben nog vier weken de tijd, waarin we kunnen bepalen om de zwangerschap voort te zetten of te onderbreken.

Als we de volgende dag bij de echoscopie binnenstappen voor onze 20 wekenecho vraagt de dame daar of ik mij wil ontdoen van mijn onderkleding. “O? krijg ik een inwendige echo? Ik dacht op de buik.” De dame kijkt me wat verbaasd aan en vertelt met een ietwat kleinerend stemmetje dat we eerst van binnen moeten kijken, omdat we in een vroeg stadium nog niets op de buik zien. OkĂ©, wat zij wil. Ik ga op de behandeltafel liggen en leg mijn benen in de beugels. Als de echoscopiste slechts een klein stukje heeft ingebracht, stuit ze op iets wat ze duidelijk niet verwacht had. Een duidelijke baby. Geschrokken trekt ze het apparaat terug en kijkt me aan. “Je bent al heel ver?”

Ons wonderkind wordt steeds wonderbaarlijker

Ik blijk al 21 weken zwanger te zijn en dus moet nu alles echt in een rap tempo gepland worden. We rennen van gynaecoloog naar verloskundige en terug. Bij de 20 wekenecho ontdekken ze vocht in het hoofd en hart. We worden doorgestuurd naar een specialistische ziekenhuis in Maastricht. Daar krijgen we te horen dat het vochtgehalte binnen de norm valt en er geen bijzonderheden zijn gevonden bij ons kind.

“Echter, hebben we wel iets bij jou gevonden”, vervolgt de arts. “Je hebt een tussenschot in je baarmoeder, een bicornis. Die splitst je baarmoeder in tweeĂ«n. Hierdoor heeft de baby wat minder ruimte.” Er volgt een verhaal over de manieren van bevallen en de ‘bijzondere’ omstandigheden. Daarnaast vertelt hij dat het best bijzonder is dat het vruchtje is blijven hangen, omdat mijn baarmoeder niet de gewenste maat, vorm en wand heeft. Ons wonderkind wordt dus steeds wonderbaarlijker. De specialist begint mijn vorm baarmoeder te tekenen. Kijk, jij hebt geen mooi druppeltje, jij hebt meer dit en hij tekent een hartje. “Zie je wel”, zeg ik dan. “Ik zit vol liefde.”

De lach van de oncoloog

Eindelijk mogen we blij zijn! Eindelijk mogen we het iedereen vertellen. We worden overspoeld met reacties, met ongeloof en veel tranen van geluk. Dan is daar ook het moment dat ik het Jeroen Bosch ziekenhuis mag bellen om mijn MRI-afspraak af te zeggen. Als mijn oncoloog naar de reden vraagt, springt ze bijna door de telefoon van blijdschap. Wat een wonderbaarlijk verhaal. Het is dan vooral haar ongelooflijke lach tijdens onze fysieke afspraak die ons zo vrolijk maakt. “Dit maak ik niet vaak mee!” Ze geeft ook aan dat als we een tweede kind willen, wij dit beter snel na deze zwangerschap kunnen proberen. Ik zal namelijk weer terug vallen en dan zijn de kansen weer Ă©Ă©n op miljoenen.

Voor ons is dat eigenlijk nu niet belangrijk. Na jaren gedacht te hebben nooit ouders te kunnen worden, mogen we ons ineens papa en mama gaan noemen. Een tweede zou overigens ook meer dan welkom zijn. Dit eerste wonder nemen ze ons in ieder geval niet meer af.

Betoverd door onze Guus

Op 5 augustus wordt in operatiekamer nummer 12 onze zoon Guus geboren via een keizersnee. Een ongelooflijk lief en vrolijk kereltje. We zijn enorm betoverd en verliefd. Je voelt je zo speciaal en de liefde die je voelt, prachtig!

En dan word ik in december in de ochtend wakker naast Ben, op mijn rug en met mijn handen plat op mijn buik … Ik kijk hem aan en zeg: “Ik denk dat ik zwanger ben”.

Deel je verhaal

Wil je ook graag je verhaal aan andere mama’s (to be) vertellen? Dat kan! Schrijf een blog (500 - 800 woorden) en stuur die naar redactie@wij.nl. Wie weet delen we jouw verhaal binnenkort op de kanalen van WIJ. Verhalen kunnen ook anoniem geplaatst worden. Let op: we delen geen verhalen die elders gepubliceerd zijn.

Beeld: iStock.com/PeopleImages