Draagmoeder Sharon: 'Het voelt alsof hun baby in mijn buik logeert'

Draagmoeder Sharon: 'Het voelt alsof hun baby in mijn buik logeert'

Sharon (32) en haar man Paul (33) zijn een compleet gezin met hun twee dochtertjes van 5 en 3. En toch is Sharon nu weer zwanger. Niet voor zichzelf, maar als draagmoeder: “De baby van de wensouders logeert in mijn buik.”

Geschreven door Selien Koster

“Vanaf het moment dat ik zelf moeder wilde worden, heb ik altijd gezegd: ‘Als het mij lukt om zonder te veel obstakels zwanger te zijn, dan wil ik dat ook voor anderen doen.’ En zo geschiedde. Zelf heb ik twee goede zwangerschappen met dito bevallingen gehad. Na twee jaar begon het weer te kriebelen. Niet voor onszelf, maar wel om een ander koppel zo gelukkig te kunnen maken als wij met onze meiden zijn. Via een artikel op WIJ.nl vond ik een stel dat een draagmoeder zocht.”

Geen vrijwilligerswerk

“Als je een gezin hebt en nadenkt over draagmoederschap, dan beslis je dat niet alleen. Eerst besprak ik het met mijn man. Hij kwam terug van een dagje golfen en ik had net het verhaal van de wensouders gelezen, dus zei dat ik iets met hem wilde bespreken. Zijn eerste reactie was grappend: ‘Als je wat goeds wil doen voor een ander, kun je dan geen vrijwilligerswerk gaan doen?’. Dat hád natuurlijk gekund, maar dat wilde ik niet. We hebben het er uitgebreid over gehad en uiteindelijk was mijn man degene die zei: ‘Laten we contact leggen, dan zien we wel wat er ontstaat en hoe het voelt.’ Zo gezegd, zo gedaan.”

Eerste date

“Het contact was vanaf het begin af aan goed. Ik heb eerst een keer alleen met de wensouders gebeld, daarna hebben we een keer met z’n vieren gevideobeld en vervolgens hebben we afgesproken. Wij zijn naar hen toegegaan en dat voelde echt als een eerste date. Alleen was die spanning nergens voor nodig, want vanaf de eerste seconde voelden we ons thuis. Daarna hebben we nog een keer of drie, vier afgesproken en toen hebben we aangegeven dat we het traject verder wilden onderzoeken op de mogelijkheden. Het grote voordeel voor ons was dat de wensouders al een kind hebben door draagmoederschap, zij hadden al ervaring op het medische en juridische vlak.”

Terugplaatsing

“Omdat de wensouders al bekend waren met het traject verliep dit vrij soepel. Na medische en psychologische onderzoeken voor mijn man en ik én de wensouders, stonden alle seinen op groen en mochten we gaan proberen zwanger te worden door middel van het terugplaatsen van embryo’s.

Voor mij was er een belangrijke voorwaarde: het zou moeten gaan om hoogtechnologisch draagmoederschap. Dat betekent dat er een eicel van de wensmoeder door een zaadcel van de wensvader bevrucht wordt in een laboratorium en dat het embryo dan teruggeplaatst wordt. Zo zit er genetisch niets van mij in en dat wilde ik per se, anders zou het minder als ‘in mijn buik logeren’ voelen. De wensouders hadden van de vorige zwangerschap nog vier bevruchte embryo’s in de vriezer liggen. Die hebben we eerst gebruikt, maar dat mislukte helaas. Daardoor kwamen de wensouders voor een nieuwe ivf-poging in aanmerking. Hier zijn vier mooie embryo’s uit ontstaan. Ik vond het wel moeilijk als ik de ouders moest vertellen dat het niet gelukt was; ik was dan namelijk de boodschapper van het slechte nieuws. Gelukkig was het bij de terugplaatsing in april raak.”

Groeiende buik

“De wensouders waren erbij toen ik de zwangerschapstest deed. Zij kwamen op woensdagmiddag naar mij toe met een zwangerschapstest. Ik had de test op de wc laten liggen en zei tegen de ouders: ‘Gaan jullie maar kijken, ik heb jullie nu zo vaak slecht nieuws moeten brengen.’ En toen bleek de test positief. Dat was een heel bijzonder moment voor ons allemaal.

Omdat wij zelf twee meiden hebben, moesten we uitleg geven waarom mama’s buik dikker werd. We hebben vanaf het begin af aan gezegd dat er in de buik van de wensmama geen baby kan groeien en de baby dus bij mij logeert. Zij wisten dan ook al vroeg in de zwangerschap dat ze geen broertje of zusje zouden krijgen, maar dat mama zwanger was van een broertje of zusje van de dochter van de wensouders, die inmiddels echt hun vriendinnetje is. We zijn daarin ook heel goed begeleid door het ziekenhuis en zo werden we gewezen op het boek ‘Logeren in een buik’. Aan de hand van dat boek legden we alles uit. Voor onze kinderen is dat nu heel normaal. Voor de baby die nu in mijn buik zit, houd ik een zwangerschapsdagboek bij, daarin richt ik mij tot de baby. De wensouders zullen hem ook vertellen dat ik degene ben die hem gedragen heeft en dat zij zijn biologische ouders zijn.”

Betrokken

“De wensouders zijn overal bij geweest. Alle echo’s, controles en alle keren dat we voor de terugplaatsing naar Amsterdam moesten. Je moet je voorstellen: je gaat niet naar het ziekenhuis en de terugplaatsing vindt plaats. Voorafgaand daaraan moest ik soms drie keer naar het ziekenhuis, zodat mijn eisprong goed in beeld was. Daarna moest ik hormonen spuiten en toen was het tijd voor de terugplaatsing. We hebben alle ritjes samen gemaakt.

En de wensouders zijn uiteraard ook bij de bevalling, net als mijn man. Vanwege dit traject moet ik in het ziekenhuis bevallen en dat vind ik prima. Als de bevalling goed is gegaan en de baby een goede start heeft, dan gaat hij met zijn ouders mee naar huis. Juridisch is draagmoederschap complex. De wensouders moeten de baby uiteindelijk adopteren, want zo is het vooralsnog in Nederland georganiseerd.”

Teruggeven

“Of ik er tegenop zie om de baby straks terug te geven? Absoluut niet. Daar kijk ik juist naar uit, want dat is waarvoor ik dit doe: hun gezin compleet maken. Als je zwanger bent, krijg je nesteldrang en wil je dingen regelen, ik hoef geen kinderkamer in te richten, geen naam te bedenken. De baby logeert echt bij mij. Zwanger zijn vind ik heerlijk, maar bij ieder schopje denk ik: dit is jullie zoontje.”

Dit artikel heeft in magazine WIJ gestaan.

Beeld: Anouk de Kleermaeker