Columnist Martje over de werknaam van haar ongeboren baby: de kleine eikel
Zwanger zijn is elke keer anders. Bij de eerste zwangerschap wist ik precies hoe ver ik was, tot op de week nauwkeurig. Bij de tweede werd dat al lastiger. En nu, bij mijn derde, hou ik het simpel: “ruim zeven maanden”. Maar eerlijk is eerlijk, sommige dingen veranderen met de tijd - en met de ervaring. Zo hoef ik nu niet meer elke dag te checken hoe groot de baby is, en een uitgebreide to-do-lijst heb ik ook niet meer nodig.
âHoe lang moet je nog?â, vragen mensen vaak. Bij mijn eerste wist ik het precies: âIk ben nu 26,5 week zwanger,â antwoordde ik dan. De vraagtekens die dan opdoemden boven het hoofd van de ander zĂĄg ik niet eens. Weken omrekenen naar maanden, is ze dan al bij de negen ⊠De radartjes knarsten, maar onzichtbaar voor mij.
Ook bij mijn tweede zwangerschap beantwoordde ik die vraag zo precies mogelijk, al ging dat al moeilijker. (Een mom brain met behoorlijk wat smog, herkenbaar?)
Weken? Welnee, gewoon maanden
Nu, bij mijn derde, zeg ik: ruim zeven maanden. Dat blijkt voldoende. Niemand hoeft te rekenen. En eerlijk gezegd weet ik het zelf ook niet exact. De enige die het op de dag af weet is mijn verloskundige. Als ik bij haar ben spiek ik op het scherm en probeer ik het te onthouden.
Nog een verschil tussen mijn eerste zwangerschap en die daarna: bij de verloskundige sta ik meestal na acht minuten weer buiten. Minder kwaaltjes? Dat niet, maar ik ken ze en ik weet dat ze erbij horen. Het is alsof ik - door de brain fog heen, dat wel - scherper zie wat belangrijk is en wat niet.
De kleine komkommer
Ook opzoeken hoe groot de baby nu is deed ik bij de eerste dagelijks. (Triomfantelijk: âEen prei!â) Bij de tweede wekelijks. Bij deze derde heb ik het twee keer gedaan, vooral in het begin. Daardoor komt het dat mijn kinderen de baby âde kleine eikelâ noemen. Liefkozend, dat wel. Al zouden ze hem - even opzoeken - inmiddels beter âde kleine komkommerâ kunnen noemen.
Lees ook: 9x koosnaampjes: zo noemden jullie je baby in je buik
Ach, âde kleine eikelâ is een prima werktitel. Soms kijken mensen raar op als ze het horen. Maar die blikken van vreemden krijg ik met mijn kinderen tĂłch wel. (Waarom kunnen ze niet gewoon meelopen/zachtjes praten/reageren als ik roep âBlijf op de stoepâ?) Ik negeer de verbazing van anderen met een glimlach en wrijf dromerig over mijn buik. Me druk maken heeft weinig zin.
Baby Gaga
Ook de to-do-lijst is een stuk overzichtelijker bij zoân derde. Door de bak met babykleertjes heen. Misschien een box lenen? Luiers kopen. Adressenlijst checken. Muisjes in huis halen. En, o ja: een naam bedenken. Maar dat komt wel goed. Mijn dochter suggereerde âBaby Gagaâ. Mijn zoon wist vooral welke namen het nĂet moesten worden. En ik? Ik vind âde kleine eikelâ eigenlijk steeds gezelliger klinken.
Dit artikel is eerder verschenen in magazine WIJ.