Stèfanie: 'Ik zat bij mijn tweede kind absoluut niet op een roze wolk'
Ik ben moeder van drie kinderen. Onze eerste baby was mega makkelijk, de tweede baby niet en ons derde kind juist weer wel. Dat ons tweede baby’tje niet makkelijk was, maakte dat ik absoluut niet op een roze wolk zat. Sterker nog: er waren heel veel donkere wolken. Laten we het daar eens over hebben.
Zes weken na de bevalling van mijn tweede kind zat ik in het vliegtuig naar Ibiza voor een bruiloft. Ik keek uit het raampje en zag inderdaad die heerlijk zachte wolken voorbijdrijven. Die wolken herkende ik nog, ik had er namelijk zelf ook op gezeten toen mijn eerste kind nog een kleine baby was. Het was zoals ze voorspelden en zoals uit alle verhalen. Goede controles, een bevalling die je dan wel ‘even’ doet en daarna lekker uitrusten en genieten op die beroemde wolk.
Een niet-zo-roze-wolk
Deze keer was het anders. Nu zat ik in het vliegtuig met de nodige turbulentie die ik voelde van binnen, met een baby in de armen die aan alles liet zien dat ze ontevreden was. Ze sliep niet, ze kreunde, ze had pijn (dat zag ik), ze gooide zich achterover … En ALS ze al sliep, was het voor 10 minuten. Hooguit. Toen wist ik nog niet dat ze erge last had van verborgen reflux.
Wanhoop
De eerste maanden stond ik twaalf keer per nacht boven haar wiegje te huilen en vroeg ik haar keer op keer of ze nu alsjeblieft wilde gaan slapen. Correctie: ik smeekte! Die eerste paar dagen krijg je een paar uur hulp per dag. Dan gaat het meestal nog goed. De baby is doodop van de bevalling en slaapt veel om bij te tanken. Dan gaat de hulp weg en begint het feest. De eerste paar dagen gezellig bij mama en papa op de kamer slapen, maakte al snel plaats voor slapen op haar eigen kamer. Soms zelfs met haar deur dicht. Met onze deur dicht. En de televisie aan. Hard. Midden in de nacht. Om even iets anders te horen. Omdat je de wanhoop nabij bent en. alleen. maar. wil. slapen.
Ben ik gek?
Woorden als: “Wat is het toch heerlijk he”, “heb je lekker verlof” en “geniet ervan!” laten je op dat moment alleen nog meer twijfelen en maken je onzeker. Ben ik nou gek? Hoezo is het heerlijk? Is het heerlijk dat ik 24/7 met mijn baby in de arm loop te wiegen in de hoop dat ze in slaap valt? Is het heerlijk om ’s nachts een marathon te lopen? En genieten? Waarvan? Dat ik op mijn tenen, met ingehouden adem, haar kamertje uit loop in de hoop dat ze stil blijft, maar zodra ik weer durf te ademen ze het weer op een krijsen zet? Stofzuigen … dát is pas genieten.
Hulp inschakelen
Als je een baby hebt, gaan veel dingen automatisch. Maar bij sommige dingen heb je nu eenmaal hulp nodig. Ik wist ook niet dat ze reflux kunnen hebben zonder te spugen, dat medicatie kan helpen en dat je er dan een heel ander kind voor terug krijgt. Daar heb je toch echt een specialist voor nodig.
Wat is normaal en wat is niet normaal? Dat weten we niet en daardoor kun je niet aan de bel trekken op het juiste moment. Daardoor loop je te lang door als het mis is. Daardoor kwam ik pas na vier maanden pas bij de kinderarts terecht. En ook alleen maar omdat ik bij de huisarts heb geëist mij door te verwijzen naar een kinderarts. Om mij vervolgens in eerste instantie te behandelen als een lachertje, niet serieus te nemen, ‘ze groeit toch goed?’. Ja dat zie ik ook wel. Maar dat ze nooit slaapt, niet plat kan liggen, altijd kreunt of huilt, lijkt mij niet normaal. Wie is hier nou gek, jij of ik?
Lees ook van Stèfanie: De irritantste dag uit het leven van mijn peuter
Grijze wolk vs. Roze wolk
Is het een soort taboe, zo’n grijze wolk? Zou er niet iets van betere nazorg moeten komen? Of is die er, maar doen we er niks mee? Destijds had ik graag een hulplijn willen inzetten. Wat ik geleerd heb: we moeten zeggen wat er is! Alleen dan kan er wat aan gedaan worden. Als niemand iets zegt, denkt iedereen (logisch!) dat je gegarandeerd bent van een roze wolk. Als jouw wolk eerder grijs is dan roze, ga je twijfelen, want als iedereen een roze wolk heeft, dan is het wel verdomd gek dat jij als enige een grijze hebt uitgekozen. Niet dus. Spreek het uit, trek aan de bel en deel het met elkaar. Als mama ben je een soort van superheld, maar wees gerust … zelfs de grootste superhelden hebben momenten dat hun cape in de wasmachine zit.
Dit verhaal is geschreven door Stèfanie Groeneveld - Van Hout. Schrijfster van het boek Tropenjaren. Op Instagram kun je Stéfanie volgen via Inspirerend Gekwebbel.