De wedstrijd om de meeste pijn: hij of ik?

De wedstrijd om de meeste pijn: hij of ik?

“Als jij een bevalling hebt meegemaakt, staan we quitte,” zegt mijn vriend stoer. Drie weken geleden kreeg hij een ernstig fietsongeluk. Nu ligt hij in het ziekenhuis, wachtend op de operatie waarin ze zijn beide kruisbanden én binnenband gaan repareren. De arts noemde het een ‘unieke prestatie op wielergebied’. Zijn onder- en bovenbeen waren uit de kom getrokken. Het zag er pijnlijk uit: hij kreeg paracetamol, morfine, ketamine én een beetje sedatie om hem rustig te krijgen.

Ik schrok ervan. Als dit al zoveel pijn doet, hoe erg moet een bevalling dan wel niet zijn?

Geschreven door Anne Esmee

De eerste signalen van mijn bevalling

Met 41 weken zwangerschap ga ik lunchen met een vriendin. Tijdens het eten verlies ik mijn slijmprop. Dat zegt nog niet veel, dus ik maak gewoon plannen voor de komende dagen. Snel bak ik nog een taart voor het avondeten. Maar mijn buik rommelt. Ik merk dat ik steeds harde buiken krijg. Rond het eten zie ik opeens een patroon: 18:55, 19:00, 19:05… Dit zijn geen harde buiken, dit zijn weeën!

Mijn lichaam lijkt dat ook te beseffen. Ik word misselijk, krijg diarree en moet overgeven. We bellen de verloskundige en die concludeert dat het vannacht weleens écht zou kunnen beginnen.

Film kijken?

We douchen en zetten een film aan. Maar nog voordat de film goed en wel begonnen is, breken mijn vliezen. Ik spring opnieuw onder de douche. Mijn vriend verschoont het bed, zo goed als hij kan met zijn brace om zijn been. We bellen mijn moeder. Ze zou eigenlijk op tijd gaan slapen, maar moet nu toch komen. Door de blessure van mijn vriend hebben we haar hulp nodig.

Om half tien komt de verloskundige. Ik heb drie centimeter ontsluiting. Het begin is goed! Door het huis klinkt rustige jazzmuziek. Het bevalbad wordt opgezet, maar daar lig ik uiteindelijk maar een halfuur in. Liggend in bed op mijn zij, met de TENS op mijn rug, voelt het fijnst.

Samen door de weeën heen

Om 23:30 heb ik 6 centimeter ontsluiting. Mijn vriend ligt naast me op bed met een brace om zijn been en zijn hand om de mijne. Hij helpt me door de weeën heen. Soms druk ik op de TENS-knop voor extra pijnverlichting, soms niet. Hij ziet daardoor precies wanneer ik door een heftige wee ga. Bij elke heftige wee zegt hij: “Deze wee gaat snel voorbij, deze wee komt nooit meer terug.”

Mijn moeder zit op een kruk naast het bed en geeft tijdens een wee druk op mijn onderrug met haar vuisten. Als ik deze taakverdeling zat ben - door welke domme reden dan ook; te zacht gepraat, te harde vuisten, de warme handen van mijn moeder - draai ik me om waardoor mijn vriend en moeder direct van taak wisselen. Zo fijn, zo op elkaar afgestemd.

Op naar het laatste stuk

Ik blijf denken dat ik moet poepen, dus we lopen vaak naar het toilet. Dat geeft ook wat afleiding. Ik mag op zolder bevallen, dus ik loop telkens met mijn moeder de trap op en af. Aan het begin moest ik nog echt naar het toilet, maar hoe verder de bevalling vordert is het eigenlijk steeds vals alarm. Om 01:30 uur vraag ik naar de ontsluiting. In mijn hoofd ben ik op de helft. Maar als dit pas de helft is, en het wordt nog erger, wil ik misschien toch naar het ziekenhuis voor een ruggenprik.

Maar ik hoef niet meer lang te wachten. “Ik moet écht poepen, hoor!” zeg ik tegen de verloskundige. “Nee, je gaat niet poepen. Je gaat bevallen!” zegt ze. En ja hoor: ik zit op 10 centimeter. Het is tijd om te persen.

Lees over: Wat is het verschil tussen een wee en een perswee?

Welkom Niene

Op de baarkruk, met mijn vriend achter me en een spiegel voor ons, pers ik onze dochter eruit. Na 20 minuten is ze er: om 02:31 uur wordt Niene geboren. Mijn bevalling was mooi, precies zoals ik had gehoopt. Alleen ging alles net wat sneller. En de pijn? Tja… die wedstrijd heeft mijn vriend toch echt gewonnen.

Ook je verhaal delen?

Heb jij een bijzonder, mooi, ontroerend of grappig verhaal en wil je die graag met andere mama’s (to be) delen? Deel je verhaal van ongeveer 500-800 woorden via redactie@wij.nl. Je mag er ook 2 á 3 foto’s bij sturen. Wil je graag anoniem blijven? Dat kan. Vermeld dit er dan bij. Let op: verhalen die elders al online verschenen zijn, worden niet gepubliceerd.

Beeld: iStock.com/beast01