
Leven met het verlies van een kind: ‘Odin blijft altijd bij ons’
Wiegendood is voor veel ouders een thema dat ver van hen afstaat. De afgelopen drie jaar is het aantal baby’s dat hieraan is overleden met meer dan helft gestegen. Helaas hebben Lillian en Patrick dit ook meegemaakt. Hun zoon Odin overleed in 2021 aan wiegendood. “Sindsdien leven we met een leegte die nooit meer verdwijnt, en met een liefde die altijd bij ons blijft.”
Het begon als een gewone zomerdag. Odin, vier maanden oud, lag in zijn bedje te slapen na de ochtendvoeding. Lillian was even gaan sporten en boodschappen doen. Patrick was thuis en zou later met hun oudste zoon Jenji naar de kermis gaan. Oma kwam oppassen. “Toen ik Odins kamer binnenkwam, ‘sliep’ hij nog steeds. Eerst dacht ik: hij slaapt gewoon lekker door. Maar toen ik hem oppakte, voelde hij slap en reageerde niet,” vertelt Patrick. In een reflex schakelde hij over op zijn werkmodus, zowel Patrick als Lillian werken op de spoedeisende hulp. Hij riep oma, die meteen 112 belde, en begon met reanimatie. Jenji heeft zijn broertje gezien en hoorde ook alles, maar is later door oma naar een andere kamer gebracht.
Een ambulance voor het huis
Lillian was onderweg naar huis toen ze de ambulance zag. “Ik dacht nog: die staat wel erg dicht bij ons huis, misschien is iets met de buurjongen en kan ik helpen. Maar toen hoorde ik: het gaat om een baby. En op dat moment wist ik dat het míjn baby was. Ik rende naar binnen en zag Odin op de grond liggen, omringd door hulpverleners.”
Het ambulancepersoneel en het traumahelikopterteam namen de reanimatie over van Patrick. Lillian kon niet alleen maar toekijken: ze hielp mee met hartmassage, gecoacht door haar collega’s. “Ik móest iets doen. Het gaf me houvast dat ik fysiek kon helpen, al wist ik diep van binnen dat het niet meer ging lukken.” Na ruim een uur moesten de artsen besluiten de reanimatie te stoppen. Odin was niet meer te redden.
Onderzoek naar de doodsoorzaak
Bij plotseling overlijden van een kind wordt standaard de NODOK-procedure (Nader Onderzoek naar de DoodsOorzaak bij Kinderen) aangeboden, waarbij uitgebreid onderzoek plaatsvindt. Patrick en Lillian wilden graag weten waaraan Odin precies was overleden. Patrick: “We zijn nogal wetenschappelijk ingesteld. Er werd alleen niets gevonden. Daarmee werd als doodsoorzaak wiegendood vastgesteld.”
Voor Lillian voelde het bijna onwerkelijk hoe sterk Odin in het profiel paste. “Wiegendood komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes, en gebeurt meestal tussen vier en zes maanden. Odin was vier maanden, kon al vroeg rollen van rug naar buik, maar niet terug. Normaal liet hij het meteen weten als hij oncomfortabel lag. Nu blijkbaar niet.”
Het idee dat hij in stilte was omgedraaid, zonder dat ze erbij waren, blijft zwaar. “Je vraagt je steeds af: had ik eerder naar boven moeten gaan? Had ik nog een keer naar de babyfoon moeten luisteren?” zegt Patrick. Lillian voegt toe: “Hij was zo’n makkelijke baby. Hij dronk goed, sliep goed, lachte veel. Na de eerste weken was ons leven zorgeloos. En toch is dit gebeurd.”
Odins laatste week thuis
Na het overlijden mochten Patrick en Lillian Odin nog een week thuishouden. In die dagen leefden ze in een roes. Ze waren intens dankbaar dat ze hem nog vast konden houden, knuffelen en kussen. “Hij gaf geen reactie meer, maar hij was er wél,” zegt Patrick. Familie en vrienden kwamen langs om afscheid te nemen. Voor een aantal van hen betekende dat tevens een eerste kennismaking. Dat was confronterend en troostend tegelijk. Lilian: “Het hielp ons dat mensen Odin nog even konden zien, aanraken, bij hem zitten. Het maakte het tastbaarder dat hij had bestaan en dat hij onderdeel van ons leven was.” Toch bleef er een schrijnend besef. “Op het moment dat je hem uiteindelijk moet afgeven, breekt er iets in je. Het voelt alsof je hem in de steek laat.”
Afscheid in eigen tuin
Mede door corona moesten Patrick en Lillian creatief zijn in hoe ze het afscheid konden vormgeven. De regels van het uitvaartcentrum voelden te strak. Ze besloten het afscheid zelf te organiseren, in hun eigen tuin. “Odin was daar graag, en we hadden er al eens een tuinfeest gehouden. We wisten precies hoe we het konden doen. Het voelde goed om zelf de regie te nemen,” vertelt Lillian. Familie en vrienden hielpen mee met praktische zaken. “In die dagen zaten we zo in ons verdriet dat ons brein nauwelijks werkte. Door taken uit handen te nemen, konden mensen ons echt helpen.”
Het afscheid werd een warme dag in de zomer van 2021. Net in een korte periode met minder coronarestricties konden ze iedereen uitnodigen. “We hadden gevraagd om een zonnebloem mee te nemen. Uiteindelijk stond de hele tuin vol. Dat beeld vergeet ik nooit meer,” zegt Patrick. “De steun van alle mensen daar gaf kracht. Het was alsof ze in een kring om ons heen stonden en we op ze mochten leunen.”
Het huis is stiller dan ooit
Na het afscheid volgde een periode van stilte, waarin het huis leger voelde dan ooit. In het begin rouwden Patrick en Lillian samen, op hetzelfde tempo. “We zaten naast elkaar op de bank, praatten, huilden,” zegt Patrick. Maar na verloop van tijd ging ieder zijn eigen weg. “We vulden het anders in, op een ander tempo. Toch kwamen we altijd weer bij elkaar terug. Dat was onze redding.” “Ook Jenji bleef een belangrijke rol spelen”, zegt Lillian. “Soms begon hij zelf over zijn broertje, een andere keer begon ik of Patrick over Odin. Samen zorgen we ervoor dat Odin in ons gezin aanwezig blijft.”
Het verdriet is niet verdwenen, maar verandert van vorm. “Soms staat het op de voorgrond, soms sluimert het op de achtergrond. “Het hoort bij ons,” zegt Patrick. “En dat is niet erg. Het is juist de manier waarop Odin zijn plek opeist. Het verdriet is de liefde die blijft.”
Een zwangerschap na het verlies van Odin
Na het overlijden van Odin was het niet de vraag of Lillian nog een keer zwanger wilde worden, eerder wanneer. “Ik was inmiddels boven de 40, en dan weet je dat het lastiger kan zijn. Toen in 2023 onze dochter Ravi eenmaal geboren was, kregen we via de Stichting Wiegendood begeleiding en kwam een kinderarts uit mijn eigen ziekenhuis langs voor een gesprek. Dat maakte het laagdrempelig. We wisten waar we terechtkonden en dat was voldoende.”
De verhalen van andere ouders hielpen, maar uiteindelijk moesten Patrick en Lillian hun eigen weg vinden. Lillian had vrij snel weer vertrouwen in het leven. “Ik ben gezegend met een vrij onbezorgde jeugd en leven, totdat Odin overleed. Nooit heb ik gedacht: dit overkomt ons nog een keer. Ravi is veel drukker en heel anders dan Odin,” zegt ze. “Juist dat gaf me vertrouwen. Het voelde als een nieuw hoofdstuk, zonder Odin uit ons leven weg te denken.”
Bewustwording over veilig slapen
In hun dagelijks leven blijft Odin aanwezig. Op zijn geboortedag en sterfdag, maar ook in kleine dingen: een zonnebloem in de tuin, een foto in huis, een gesprek tijdens het eten. Patrick: “Hij hoort erbij, en dat zal altijd zo blijven. Door ons verhaal te delen, willen we meer bewustzijn creëren.” Veel ouders denken: dat overkomt ons niet, zeker niet als we alle adviezen volgen. Dat dachten Lillian en Patrick ook. “Maar het kan iedereen treffen. Toch gebeurde het. We zouden graag willen dat ouders nog eens nadenken of ze alle adviezen echt volgen. Met als voorbeeld het samen in bed slapen. We gunnen het niemand om hetzelfde als ons door te maken.”
Ondanks het verlies is er ook ruimte voor dankbaarheid. Voor de tijd dat Odin er was, en de liefde die blijft. Het verdriet gaat nooit weg, maar ook Odin niet. In iedere zonnebloem, in elk gesprek, in de liefde die het gezin draagt, is hij aanwezig. Ze leven verder. Niet zonder hem, maar mét hem.
Alles over veilig slapen
In Nederland overlijden gemiddeld drie baby’s per maand aan wiegendood. Na jaren van stabiele cijfers is er sinds 2022 weer een zorgwekkende stijging van baby’s die hierdoor overlijden. Dat maakt het extra belangrijk om (aanstaande) ouders goed te informeren over veilig slapen. Het risico op wiegendood kun je als ouder verkleinen door de adviezen van VeiligheidNL op te volgen van hoe je baby veilig slaapt.
Lees ook: Je kind veilig laten slapen: de meestgestelde vragen beantwoord
Dit artikel is eerder verschenen in magazine WIJ.