Het verhaal van Marloes: 'Bel die arts. Je moedergevoel klopt. Altijd!'

Het verhaal van Marloes: 'Bel die arts. Je moedergevoel klopt. Altijd!'

De eerste weken na de bevalling van Stijn waren niet makkelijk. Lees: herstellen van heftig bloedverlies plus OK-bezoek na de bevalling, een borstontsteking, onderzoeken met Stijn vanwege de antistoffen tijdens de zwangerschap en daarnaast gewoon het wennen aan het moederschap.

Geschreven door Marloes

Na vijf weken leek de pech verdwenen en waren we beter aan elkaar gewend. Tijd om er eindelijk lekker op uit te gaan! Naar de speeltuin met grote zus Julia, op bezoek bij de collega’s van mama en winkelen met oma erbij. Na een paar dagen genieten liet Stijn ’s nachts ineens heel ander gedrag zien. Hij was heel onrustig, net alsof hij pijn had (of erge honger, soms hoop je op het beste alternatief en probeer je of een flesje helpt) en liet een paar flessen onaangeroerd staan.

‘Ze zien me aankomen’

Toen manlief op het werk was, toch maar even de thermometer erin, want Stijn voelde wat warm. Dat zal vast komen, omdat hij tussen ons in heeft geslapen dacht ik. Oh nee. Heb ik wel echt koorts? Ach ja, Julia heeft ook wel eens koorts en dat kan net zo snel als het opkomt weer verdwenen zijn. Maar hoe zit dat eigenlijk bij pasgeborenen?

Mijn redder in nood (Google) erbij gepakt en daar las ik dat baby’s onder de drie maanden geen koorts horen te hebben en je een arts moet raadplegen. “Een arts? Ze zien me aankomen, zoonlief slaapt even niet en ja hoor, dan maar naar de dokter” dacht ik meteen. Dan maar manlief bellen: “Wat denk jij schat?” “Ja, ik weet het ook niet” was het antwoord, “maar als dat jou rustiger maakt …”

Een uur later toch maar de huisarts gebeld. Daar kon ik in de middag terecht. Prima dacht ik, toch maar beter het zekere voor het onzekere nemen. Maar hij lacht zo lief naar me, alles zal wel gewoon oké zijn.

Bij de huisarts werd opnieuw de temperatuur gemeten en heb ik doorgegeven welke veranderingen ik bij mijn zoontje had gezien. Kwam die avondcursus EHBO toch nog van pas, want nu wist ik waar ik op moest letten. Hij nam mij serieus, ondanks de verwoede lachjes van Stijn en belde de kinderarts in het ziekenhuis.

‘Wat als we moeten blijven?’

“Huh? Overleggen met het ziekenhuis?” Schoot door mijn hoofd. Of we toch zo snel mogelijk naar de spoedpost in het ziekenhuis konden komen en dat ik ook meteen kleding voor Stijn mee moest nemen, want ik moest er rekening mee houden dat hij wel eens zou moeten blijven. Succes hè!

Eh ja … nog het gesprek aan het verwerken belde ik op de gang manlief, want ineens was ik toch minder zeker van mijn zaak dat het allemaal wel goed zou komen. En ja, daar waren ze hoor de waterlanders.

Na een hele hoop babyspullen in een grote tas te hebben gegooid, werden we snel geholpen in het ziekenhuis. Allemaal buisjes bloed werden afgenomen en ook monsters van plas en slijm. De hele rataplan. Al kolvend zag ik het hele circus aan. Wachtend op de uitslag voor de zekerheid maar een logeeradres voor Julia geregeld, want ja, wat als we moeten blijven?

Rond vijf uur waren de uitslagen binnen: Er zijn ontstekingswaarden in het bloed gevonden. Maar waar het vandaan komt, weten we (nog) niet. Dus Stijn moet opgenomen worden. “Oké, dus hij moet een nachtje blijven?” vraag ik. “Mevrouw, reken er maar op dat hij minimaal drie dagen moet blijven, maar misschien wel een week.”

‘Er was toch niks aan de hand? '

Wat?! Hoorde ik het goed? Even gevraagd of manlief voor de ondertiteling wilde zorgen. Ja hoor, met mijn gehoor was niks mis. Dat sloeg in als een bom, want er was toch niks aan de hand? En ze kunnen nu toch ook niks vinden? Het liefste neem je hem lekker mee naar huis, hij hoort niet daar.

Huilend als een kind heb ik aan zijn bed gestaan toen ze het infuus met antibiotica inbrachten, want man, ik wist nog al te goed hoe vervelend dat was van een paar weken daarvoor. En prik mij dan maar 100 keer lek dan dat je dat bij mijn kleine baby’tje doet.

Emotioneel van de loop van de dag (plus de resterende zwangerschapshormonen) en ergens schuldig voelend dat we de laatste week zoveel op pad waren geweest. “Je hebt toch niks verkeerds gedaan met hem?” zegt de kinderarts tegen mij.

Het ’niet-pluis’ gevoel

Ook zei hij dat het allemaal goed ging komen, omdat we er zo vroeg bij waren. Hij prees dat ik naar mijn moedergevoel had geluisterd, het ’niet-pluis’ gevoel. Die is echt heel belangrijk.

Twijfel er dus ook alsjeblieft nooit, maar dan ook nooit aan of je wellicht overbezorgd bent. Als het op je kinderen aankomt, neem liever het zekere voor het onzekere en luister naar je gevoel. Jij als mama (of papa) kent jouw kind het beste. En niets kan tegen dat gevoel op dat je als ouder hebt.

Beeld: iStock.com/Prostock-Studio