HELLP, een baby! (deel 7)
Ik word wakker van een geluid dat ik niet goed kan thuisbrengen. In het halfdonker lig ik te luisteren, tot ik het geluid herken. Het is het huiltje van een pasgeboren baby in de kraamsuite hiernaast. Al zes dagen is hier geen baby meer geboren. Mijn schuldgevoel speelt op, dat ik hier lig, zo zonder baby. Na het ontbijt gaan we naar boven. Eenmaal daar kan ik even uit mijn rolstoel om voor het eerst zelf een luier te verschonen.
De luier met maat 0 komt ongeveer tot haar oksels, en als ik haar kleertjes aan doe in maat 38, die we viavia te leen hebben gekregen, zijn het voor het eerst kleertjes die passen. De dag wordt nog beter als we horen dat ons meisje de laatste 24 uur alle voedingen deels zelf gedronken heeft. Dit is vooruitgang, ministapjes, maar het gaat vooruit.
De verpleegsters van de kraamafdeling komen boven overleggen met de afdeling neonatologie. Ze kijken over hun schouder naar ons, kijken elkaar aan en knikken. Een half uur later heb ik mijn dagelijkse controles gehad en de arts schuift een kruk bij mijn bed. āWe hebben eens overlegdā zegt hij. āEn onze conclusie is dat het voor jou, je bloeddruk en jullie baby waarschijnlijk beter is als jullie bij elkaar zijn.ā
Geen lichtpuntje, maar een zonnestraal
Mijn hart slaat even over, zou het echt? De arts praat nog even door, over wel elke dag twee of drie keer controle, niet te hard juichen want je bent nog niet beter … Ik luister er eigenlijk niet zo goed naar want dat is niet waar ik nu op wacht. Kan het nou? En ja, we mogen! Voor het eerst krijg ik het gevoel dat het echt allemaal goed komt. Na het positieve nieuws van vanmorgen is dit geen lichtpuntje maar een dikke vette zonnestraal. Dat we mogen verkassen makes our day.
We pakken onze spullen en met een grote glimlach trekken we de deur van de kraamsuite achter ons dicht. Een verdieping hoger hangt haar naamslinger al op de deur. Mijn vriend mag heel voorzichtig haar bedje naar binnen rijden en op de goede plek neerzetten. Ik zak op het bed en kijk in het rond. Een gezellige kamer is het niet, met nog allemaal slangen en apparatuur, maar het maakt niet uit. Ze is bij ons en wij zijn bij haar. Ik kruip onder de dekens en ga met een glimlach liggen. Vanuit mijn bed zie ik haar wiegje staan, ik hoor haar zachte babygeluidjes en met een gerust hart val ik in slaap.