HELLP, een baby! (deel 3)

HELLP, een baby! (deel 3)

Het is half 7 ’s ochtends als de nachtverpleegster binnenkomt. De ochtendzon schijnt tussen de gordijnen door onze kraamsuite in. Ik schiet overeind, te snel, en krimp in elkaar. Ze heeft het verrijdbare wiegje met ons mooie meisje bij zich en kijkt ernstig. “Nadat we haar vannacht in bad hebben gedaan, hebben we haar ook gewogen. Ze is écht te veel afgevallen. Waarschijnlijk nemen we haar zo op en gaat ze naar neonatologie.”

Geschreven door Barbara de Vries

Dit is voor mij bijna te veel info in één zin om te kunnen verwerken. Hoezo, in bad gedaan? De eerste keer in bad, daar wil ik bij zijn! Mijn vriend kijkt me schuldbewust aan en zegt: “Sorry lieverd. Vannacht had ze heel erg gespuugd. Ze hebben mij wakker gemaakt om te vragen of ze haar in bad mochten doen. Dat mocht van mij.” Een snik ontsnapt. Ik snap echt heus wel dat het geen optie is om haar vies te laten liggen, maar baal als een stekker. Ik kijk de verpleegster weer aan. “Wat zei je over haar opnemen?” De schrik slaat me om het hart. Dat kan niet! Wij, haar ouders, moet voor haar zorgen. Niet haar meenemen, het ging toch goed? Het is nog niet zeker zegt ze, we moeten wachten op de kinderarts. Die begint om half acht, misschien mag ze toch blijven.

‘Blijf dicht bij haar, ga gauw’

Mijn vriend legt haar in mijn armen en kruipt, zo goed en zo kwaad als het gaat, bij ons op bed. We fluisteren in haar oor dat alles goed komt, dat we voor haar zullen zorgen. Mijn moederhart zwelt op bij het zien van de liefdevolle blik in de ogen van mijn vriend. *klopklop* Het onvermijdelijke moment is daar. De kinderarts komt binnen, helaas met slecht nieuws. Ons mooie meisje gaat te snel te veel achteruit en gaat het zelf niet redden. Bij mij drinken kost haar meer energie dan het oplevert. Zij besluit met “Dus we nemen haar nu mee.” De tranen lopen over onze wangen. Vertwijfeld kijkt mijn vriend me aan. Bij mij blijven of met haar mee gaan? “Blijf dicht bij haar. Ga gauw.” zeg ik en hij sprint achter de dokter aan.

Achter de kinderarts aan is een verpleegster binnengekomen. Ze troost me en zegt wat ik eigenlijk wel al weet. “Ze is klein, maar niet ziek. Ze moet aansterken. Neonatologie is nu het beste wat jullie voor haar kunnen doen.” Ze aait mijn haar en slaat een arm om me heen. Nooit zal ze weten hoe belangrijk het voor mij is geweest dat ze er op dat moment was. Na tien minuten moet ze echt weg. Mijn vriend is nog niet terug en ik lig in mijn eentje op de kraamsuite. Wat nu? Ik doe het eerste wat me te binnen schiet. Gelukkig neemt mijn moeder gelijk op. “Ha lieverdje” zegt ze, en ik begin onbedaarlijk te huilen.

Ga naar het volgende deel

Ga naar het vorige deel

Beeld: iStock.com