Hoe interpreteer je de groeicurve van je baby?

De normale spreiding van de Nederlandse bevolking is in de groeicurve weergegeven in percentiellijnen (SDS-lijnen). De SDS 0-lijn in de groeicurve geeft aan dat 50% van de kinderen op dat moment onder die waarde zit en 50% erboven.

De gemeten waarden tussen de SDS -2 lijn en SDS +2 lijn worden beschouwd als normaal, wat overeen komt met respectievelijk 2% en 98% van alle gemeten waarden in de Nederlandse bevolking op dat moment. Als er in de bevolking bijvoorbeeld veel kinderen met overgewicht voorkomen (d.w.z. meer dan 2%), dan vallen die waarden deels binnen het normale gebied, terwijl er tóch al sprake is van overgewicht. Dat houdt in dat een kind niet per definitie gezond is, als hij binnen het normale gebied groeit.

4% van de kinderen groeit volgens de groeicurven buiten het normale gebied, maar dat wil niet zeggen dat er per definitie iets aan de hand is met een kind. Want ook dit valt onder de normale spreiding in de bevolking. De kans dat er wel wat aan de hand is, als je kind buiten de lijnen en dan met name eronder groeit, is wél groter. Een signaal voor de arts extra alert te zijn.