Je baby is constant bezig met het ontwikkelen van zijn vaardigheden en het opbouwen van kennis. Na het eerste halfjaar zal hij gaan proberen om zich zelfstandig voort te bewegen. Er zijn baby’s die met 6 maanden al door het hele huis tijgeren. Andere kinderen zijn op hun eerste verjaardag nog heel tevreden met het plekje waar ze worden neergezet en lijken geen enkele behoefte te hebben om te gaan kruipen. Hoe en wanneer leert je baby kruipen?

Wat zijn de basisvaardigheden die nodig zijn om te leren kruipen?

Voordat je baby kan beginnen met kruipen, moet hij eerst een aantal basisvaardigheden onder de knie krijgen. Dit is een kwestie van veel oefenen en spierkracht opbouwen. Dit zijn enkele van de dingen die je baby kan doen als hij klaar is om te gaan kruipen:

• Als je kleintje voortdurend wil bewegen terwijl hij ligt.
• Hij kan zijn hoofd en borst op tillen als hij op zijn buik ligt. Daarbij steunt hij op zijn armen en zijn handen.
• Als je baby ongeveer 7 maanden oud is, zal hij proberen voor het eerst te gaan zitten. Naarmate zijn rug sterker wordt gaat hij steeds beter rechtop zitten.
• Wanneer je baby van zijn buik naar zijn rug kan rollen en omgekeerd.
• Als je baby zijn nek kan buigen om rond te kijken als hij op zijn buik ligt.
• Als je baby zijn voeten grijpt als hij op zijn rug ligt.
• Je kleintje kan schommelen op handen en knieën als hij op handen en voeten ligt.
• Je baby kan zichzelf naar achteren duwen in plaats van naar voren als hij op handen en voeten ligt.
• Hij kan zich ingraven met zijn knieën en zich voorwaarts lanceren als zij op handen en voeten ligt.

Op dit punt in de ontwikkeling van je baby is kruipen misschien niet ver weg, dus zorg ervoor dat je je baby goed in de gaten houdt. Laat je baby niet zonder toezicht achter, tenzij hij op een veilige plaats is, zoals in zijn wiegje of in de box.

Er zijn ook baby’s die eerst gaan tijgeren en kruipen en daarna pas zelfstandig kunnen zitten. Soms duurt de kruipfase niet lang. Zodra ze de smaak van onafhankelijkheid te pakken hebben, beginnen ze zich op te trekken en gaan ze op weg naar het lopen.

Hoe snel van tijgeren naar kruipen?

De meeste baby’s beginnen in de periode tussen 7 en 9 maanden met kruipen. De methode die ze daarbij gebruiken, verschilt per kind. Meestal begint het met een schuivende beweging. Sommige baby’s tijgeren door de kamer terwijl ze op hun buik liggen, terwijl andere baby’s eerst gaan billenschuiven. Er zijn ook baby’s die één been gestrekt houden en schuiven op een knie. Andere kinderen schuiven op twee knieën.

Variaties van kruipen

Er is meer dan één manier voor een baby om van punt A naar punt B te gaan zonder te lopen. Elke baby ontwikkelt zijn eigen unieke methode om zich voort te bewegen. Het kan dus ook zijn dat je kind zich met krabachtige bewegingen opzij verplaatst, of zich met behulp van zijn vuistjes in een soort van tijgersluipgang door de kamer beweegt. Er zijn zelfs verschillende manieren om te kruipen, en je baby heeft waarschijnlijk een favoriete manier. Dit enkele van de meest voorkomende stijlen:

• Klassiek kruipen
  Hier denkt iedereen aan bij het woord “kruipen”. Je baby kruipt over de vloer op handen en knieën, waarbij de handen worden afgewisseld met tegenoverliggende knieën, met de buik van de vloer.

• Billenschuivers
  Dit is precies zoals het klinkt. Baby’s zitten op hun billen en duwen zichzelf voort met hun handen.

• Rollen
  Waarom kruipen als je kunt rollen?

• Commando kruipen
  Baby’s liggen op hun buik, met hun benen achter zich, en trekken of duwen zich voort met hun armen.

• Kruipen als een krab
  Bij deze variant bewegen baby’s zich voort met hun handen terwijl ze hun knieën gebogen houden, als een kleine ronde krab die over het zand kruipt.

• Kruipen als een beer
  Ken je de klassieke kruipbeweging nog? Dit is een variatie op die stijl, maar de baby’s houden hun benen recht in plaats van gebogen.

Al die verschillende stijlen doen niet onder voor het daadwerkelijke kruipen, waarbij je baby zich op handen en knieën voortbeweegt. Het gaat er dan ook niet om hoe je kind zich verplaatst, maar dát hij een manier bedenkt om zich te verplaatsen. Probeer je baby dan ook nooit een bepaalde manier van voortbewegen af te leren. Daarmee ontmoedig je alleen maar zijn pogingen om zich te verplaatsen en het gaat er nu juist om dat je baby leert om zijn lichaam op deze manier onder controle te krijgen.

Wat als je baby niet kruipt, maar meteen gaat staan?

Er zijn ook baby’s die het stadium van het schuiven of het kruipen volledig overslaan. Deze baby’s proberen meteen te gaan staan zodra ze het zitten onder de knie hebben. Daarbij zullen ze zich waarschijnlijk aan de rand van de box of aan meubels omhoog trekken. Daarna beginnen ze voorzichtig wat kleine stapjes te maken, terwijl ze zich stevig vasthouden. Voor je het weet, lopen ze door de kamer. Het stadium waarin je kind leert om zich zelfstandig voort te bewegen, verschilt dus van kind tot kind. Het is daarom niet nodig om je zorgen te maken als je kind later, of anders dan andere kinderen leert om zich te verplaatsen.

Als je baby niet kruipt

Niet iedere baby gaat kruipen. Net als elke andere baby ontwikkelt je kleintje zich in zijn eigen tempo en volgens zijn eigen tijdschema. Probeer je baby niet te vergelijken met andere baby’s. Denk er ook aan dat je baby misschien niet precies kruipt zoals je verwacht. In plaats daarvan kan hij een andere manier gebruiken om zich te verplaatsen, zoals met zijn billen bewegen of op zijn buik kruipen. Of hij kan het kruipen helemaal overslaan.

Meestal is er geen reden tot zorg zolang je baby leert zijn armen en benen te coördineren. Zijn uiteindelijke doel is om te leren lopen, dus probeer je in de tussentijd niet te concentreren op hoe hij kruipt.

Billenschuivers

Sommige baby’s blijven zich alleen voortbewegen op hun billen: de billenschuivers. Hierbij zetten ze zich af met een of twee benen. Als jouw baby een billenschuiver is, bekijkt de arts van het consultatiebureau hoe hij dat doet. Er zijn namelijk vormen van billenschuiven die op een ontwikkelingsachterstand kunnen wijzen. Maar maak je niet meteen zorgen: met de meeste billenschuivers is niets aan de hand. Ze gaan vaak wat later lopen, maar dat is alles. Pas als je merkt dat je kind ook op andere gebieden achterblijft, is het verstandig om dit eens voor te leggen aan je huisarts of aan de arts op het consultatiebureau. Dit kan namelijk betekenen dat je kind bepaalde motorische, of andere problemen heeft. Aanwijzingen hiervoor zijn bijvoorbeeld:

• Je baby’s motorische ontwikkeling blijft achter ten opzichte van zijn leeftijdgenootjes.
• Je baby heeft moeite heeft met het bewegen en coördineren van zijn armen en benen.

Hoe stimuleer je een baby om te kruipen?

Zelf kun je veel doen om je kind te stimuleren om zich te gaan verplaatsen. Zo moet je je baby natuurlijk wel de gelegenheid bieden om zich te leren voortbewegen. Kinderen die de hele dag in een wipstoeltje, wagentje, bedje of loopstoeltje zitten, zijn niet in staat om hun spieren te trainen en te proberen om zich te verplaatsen. Ze worden ook minder geprikkeld om dit uit te proberen. De volgende tips helpen je baby om te leren kruipen:

• Een fijne ondergrond
  Leg je baby elke dag een paar uur op zacht en stevig kleed op de grond. Zo kan hij allerlei bewegingen uitproberen. Als je merkt dat hij daadwerkelijke pogingen doet om zich te verplaatsen, kun je hem extra prikkelen door een speeltje of iets anders dat hij graag wil hebben, net buiten zijn bereik neer te leggen..

• Een veilige kruipomgeving
  Maak je huis babyproof zodat je baby een veilige kruipomgeving heeft. Werk losse snoeren weg, plaats beveiligers op stopcontacten en werk scherpe hoeken en randen weg. Plaats traphekjes zodat je baby niet opeens naar boven kruipt of van de trap kan vallen.

• Geef complimenten
  Geef je baby veelvuldig complimenten voor al zijn inspanningen en moedig hem aan. Zo krijgt hij het vertrouwen om te blijven oefenen en weet hij dat je er bent om hem te troosten als het niet lukt.

• Accepteer andere manieren van voortbewegen
  Heeft je baby wel een heel eigenaardige manier waarmee hij zich voortbeweegt? Accepteer dit en blijf hem stimuleren. Probeer je baby geen andere manier aan te leren, dit is blijkbaar de methode die hij het prettigst vindt.

• Zet je baby niet te vroeg in een zittende houding
  Beperk de tijd dat je baby in een wipstoeltje, maxi cosi of kinderstoel zit. Vanuit een liggende houding heeft je baby veel meer bewegingsvrijheid en dus gelegenheid om te leren kruipen.

• Laat je baby vaak oefenen
  Door je baby regelmatig op de grond te laten oefenen, zal hij in de gaten krijgen dat hij steeds meer voor elkaar krijgt. Is je baby moe en gefrustreerd dat het niet lukt? Stop er dan mee en geef je baby voldoende rust. Er komen nog genoeg momenten om verder te oefenen.

• Oefen samen met kruipen
  Door met je baby samen op de grond te gaan liggen en het kruipen voor te doen, kan hij bij jou de kunst afkijken. Daarnaast vindt je baby het heel gezellig om samen met jou te oefenen.

• Geef je baby een lange broek aan
  Met een lange broek glijden de knietjes minder snel weg. Ook beschermt het zijn knieën tegen schrammen en een koude vloer.

• Houdt zijn onderbeentjes tegen
  Door zijn onderbeentjes tegen te houden, kan je baby zich tegen jou afzetten.

• Kan hij kruipen? Houdt toezicht!
  Zodra je baby kan kruipen komt hij opeens op plekken waar hij eerst nog niet bij kon. Zorg er dus voor dat je huis veilig is. Kruip bijvoorbeeld zelf eens een rondje door je huis en kijk welke (gevaarlijke) plekken je tegenkomt.

Frustraties van je baby bij het leren kruipen

In het begin kan het leren kruipen voor heel wat frustraties bij je kind zorgen. Vooral als hij blijft proberen om bij het speeltje te komen en het maar niet lukt. Kwel je baby dan niet te lang. Geef hem het speeltje als hij boos wordt en probeer het na een paar dagen nog een keer. Deze frustraties kunnen ook ontstaan door de wijze waarop je kind zich leert voortbewegen. Sommige kinderen ontdekken eerst hoe ze achterwaarts kunnen schuiven, maar slagen er de eerste tijd niet in om zich voorwaarts te verplaatsen. Als ze dan niet bij een speeltje kunnen, kan dit een enorme woedeaanval veroorzaken. Maak je ook daarover geen zorgen. Deze heftige emoties geven alleen maar aan dat je kind heel graag wil leren voortbewegen. Als die wilskracht er eenmaal is, zal hij waarschijnlijk net zo lang oefenen tot het ook daadwerkelijk lukt!

Als je vindt dat je baby niet goed beweegt, niet elke kant van zijn lichaam kan coördineren of niet elke arm en elk been evenveel gebruikt, praat dan met je arts op het consultatiebureau. Neem ook contact op met je arts op het consultatiebureau als je vragen of zorgen hebt over de ontwikkeling van je baby in het algemeen.