
Voedingsschema voor je baby 0-1 jaar
Je baby heeft tot 4 maanden oud genoeg aan borst- of flesvoeding. Tussen de 4 en 6 maanden begin je met het geven van oefenhapjes. Vanaf 6 maanden heeft je baby de bijvoeding ook echt nodig. Op dat moment ga je melk en vaste voeding combineren, waardoor het soms even zoeken is naar een voedingsschema dat goed bij jou en je baby past. Als richtlijn hebben we een aantal voedingsschema’s voor je op een rijtje gezet.
Samen met het Voedingscentrum
Voedingsschema 0-4 maanden: volledige borst- of flesvoeding
Vanaf de geboorte totdat je baby 4 maanden oud is, geef je volledige borst- of flesvoeding. Bij borstvoeding heeft voeden op verzoek vaak de voorkeur. Baby’s die worden gevoed op verzoek zijn doorgaans rustigere en tevreden baby’s. Ze hoeven geen onnodige energie te verspillen aan hongerhuilen en zullen daardoor veel effectiever aan de borst drinken. Een ander voordeel is dat jouw melkproductie constant op peil blijft, omdat het zich aanpast aan de behoefte van je baby. In sommige situaties kan voeden op schema handiger zijn.
Ook bij flesvoeding kun je voeden op verzoek. In de eerste 2 maanden hebben de meeste baby’s zo’n 6-8 voedingen per dag nodig. Na 2-3 maanden kun je dit langzaam afbouwen naar 5 voedingen. Geef je kind op een dag ongeveer 150 milliliter voeding per kilo van zijn gewicht. Als je kind 5 kilo weegt, heeft het op een dag dus ongeveer 750 milliliter voeding nodig. Dat zijn dus bijvoorbeeld 10 flesjes van 75 ml, of 9 flesjes van 80-85 ml. Dit is echt een richtlijn en geen wet. Je kind geeft aan hoe vaak en hoeveel hij wil drinken. Dat kan meer of minder zijn. Als je baby goed plast, goed groeit en levendig is, dan weet je dat hij genoeg voeding binnenkrijgt.
Voedingsschema 4 maanden: volledige melkvoeding en oefenhapjes
Het advies is om tussen de 4 en 6 maanden te starten met bijvoeding. Dit zijn nog echte oefenhapjes. Je merkt wanneer je baby hieraan toe is, als hij smakkende geluidjes maakt. Ook is het belangrijk dat hij goed zijn hoofdje rechtop kan houden. Probeer eens of hij een lepeltje in zijn mond accepteert. De tongreflex zorgde er eerder voor dat alles wat je baby in zijn mondje stopt, automatisch weer wordt uitgespuwd. Het juiste moment om met oefenhapjes te beginnen, is dus vooral afhankelijk van de behoefte van je baby.
Het heeft de voorkeur om binnen de periode van 4 tot 6 maanden oud, zo vroeg mogelijk te beginnen met oefenhapjes ter voorkoming van voedselallergieën. De kans op een voedselallergie is groter als je pas na 6 maanden begint met bijvoeding van je baby. Start dus - mits je baby er aan toe is - liever met 4 of 5 maanden al met oefenhapjes. Daarnaast blijft het advies om minimaal 6 maanden borstvoeding te geven.
Voedingsschema 6 maanden: 4-6 melkvoedingen en bijvoeding
Vanaf 6 maanden heeft je baby ook echt bijvoeding nodig naast borst- of flesvoeding. In deze periode bouw je de oefenhapjes langzaam op tot er een volledige maaltijd is ontstaan. Je kunt bijvoorbeeld een boterham in kleine stukjes geven of een fruithapje. Ook mag je baby nu fruit of groente als tussendoortje. Als richtlijn kun je dit handige schema gebruiken van het Voedingscentrum.
Voedingsschema 8 tot 12 maanden: steeds meer vaste voeding
Geleidelijk aan bouw je de vaste voeding verder op. Vanaf 8 maanden ga je langzaam melkvoedingen vervangen met vast voedsel. Als vuistregel kun je aanhouden dat er minstens een week voor nodig is om een maaltijd zo uit te breiden dat er geen melkvoeding meer nodig is. Geef je baby voldoende tijd om te wennen aan de nieuwe situatie voordat je opnieuw een melkvoeding laat vervallen. Je baby heeft nog steeds 2 Ã 3 melkvoedingen per dag nodig.
Hier vind je voorbeeld voedingsschema’s voor je kind vanaf 8 en 10 maanden. Blijf altijd goed naar je kind kijken als je veranderingen in zijn voedingsschema doorvoert. Sommige baby’s hebben iets meer tijd nodig dan anderen, of zijn juist hongeriger waardoor ze sneller toe zijn aan een volgende stap.
Voedingsschema 12 maanden: met de pot mee eten
Vanaf zijn eerste verjaardag kan je kind hetzelfde eten als de rest van het gezin: 3 maaltijden per dag en twee tot maximaal vier keer iets tussendoor. Dit zijn de hoeveelheden:
- Fruit: 150 gram (1,5 stuks)
- Groente: 50-100 gram (1-2 opscheplepels)
- Aardappelen, rijst, pasta, peulvruchten: 50-100 gram (1-2 opscheplepels)
- Brood: 70-105 gram (2-3 sneetjes)
- Kaas: 10 gram (0,5 plak)
- Melk(producten): 250 ml.
- Vlees(waren), vis, kip, eieren, vleesvervangers: 50-60 gram
- Bak-, braad-, en frituurproducten, olie: 15 gram (1 el)
- Halvarine: 10-15 gram (5 per boterham)
- Dranken (incl. melk): 750 ml.
- Vitamine D: 10 microgram
Met welke voeding kun je beter wachten?
Wat kun je beter nog niet geven aan je kind geven? Bekijk het overzicht van het Voedingscentrum.