Leren voeden in je kraamtijd
Tijdens je zwangerschap heb je waarschijnlijk al besloten of je borstvoeding of flesvoeding gaat geven. Beide methodes vergen enige voorbereiding. Als je graag borstvoeding wilt geven is het zinvol om te weten wat je te wachten staat. Zo zou je bijvoorbeeld een informatieavond over borstvoeding kunnen bijwonen. Ook is een voedingsbeha een handig hulpmiddel, net als voedingsshirts. Ga je flesvoeding geven, dan heb je flessen, spenen, een flessenborstel, een flessenwarmer en kunstvoeding nodig. In je kraamtijd leert je baby hoe hij uit je borst of uit de fles moet drinken.
Borstvoeding
Als je graag borstvoeding wilt geven, is het goed om je baby zo snel mogelijk na zijn geboorte voor de eerste keer aan te leggen. Vlak na de bevalling heeft je baby namelijk een heel sterke zuigreflex. Tijdens zijn eerste keer borstvoeding doet hij vaardigheden op die hij de rest van de borstvoedingsperiode niet meer vergeet. Ook stimuleert het aanleggen en het huid-op-huidcontact de melkproductie doordat er bij jou hormonen worden aangemaakt.
Een baby die goed is aangelegd en goed drinkt hóór je drinken en slikken. Zijn wangetjes zijn wat bol en je ziet de kaakjes bewegen. Je kan zien dat hij zijn mond vol met melk zuigt en dat doorslikt, weer zuigt en doorslikt. Toch kan het ook zo zijn dat borstvoeding niet meteen lukt. Wees niet bang dat je baby te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt; hij heeft in de baarmoeder speciaal voor deze eerste dagen een extra voorraadje aangelegd. Je kraamverzorgende kan je helpen met aanleggen en opbouwen van de borstvoeding.
Flesvoeding
Als je hebt gekozen voor flesvoeding of als borstvoeding om wat voor reden dan ook niet lukt, zorg je dat je van tevoren alle benodigdheden in huis hebt. Er zijn verschillende soorten zuigelingenvoeding beschikbaar. Deze koop je in poedervorm en moet je aanmaken met water. De meeste zuigelingenvoeding is gebaseerd op koemelk en bevat alle voedingsstoffen die je baby nodig heeft. De voeding is nauwkeurig afgestemd op de spijsvertering van je baby. Meestal wordt in het begin de standaard zuigelingenvoeding geadviseerd.
Er bestaat ook speciale, licht verteerbare voeding mocht je baby last hebben van darmkrampjes. Ook is er meer verzadigende voeding voor hongerige baby’s en iets dikkere voeding voor baby’s die veel spugen of reflux hebben. Overleg altijd even met het consultatiebureau als je over wilt stappen naar andere voeding. De hoeveelheid voeding die je nodig hebt staat aangegeven op de verpakking. Ook de fles en type speen kun je aanpassen aan de behoefte van je baby. Je kraamverzorgende helpt je met het klaarmaken van de voedingen.
Ritme van voedingen
Daarna is het zaak om samen met je kind het juiste ritme van de voedingen te vinden.
Bij borstvoeding voed je meestal op verzoek van je baby. Bij flesvoeding gebruik je meestal een vast voedingsschema. Als je uitgaat van vaste tijdstippen, kun je er beter rekening mee houden en heb je minder kans dat het voeden een keer slecht uitkomt. Een nadeel daarvan is dat je je kind soms wakker moet maken voor een voeding.
Wanneer je ervoor kiest om je baby op verzoek te voeden zoals bij borstvoeding vaak het geval is, merk je dat hij zelf al snel een ritme vindt dat bijna net zo regelmatig is als wanneer je hem op vaste tijden voedt. Ieder kind heeft zijn eigen voorkeuren. De ene baby drinkt vaak en veel, de ander vraagt wat minder snel om voedsel. Maak je daarover niet ongerust en bedenk dat ieder kind vaak instinctief weet wat het beste voor hem is.
Boertje
De meeste baby’s krijgen bij het voeden samen met de melk vaak ook wat lucht binnen. Dat moet er na het drinken weer uit in de vorm van een boertje. Baby’s die de fles krijgen, hebben hier soms wat meer last van dan baby’s die met de borst worden gevoed. Dat komt omdat het gaatje in de speen vaak net iets te groot of te klein is. Wacht na het voeden even op het boertje. Houd je baby rechtop tegen je aan en wrijf zachtjes over zijn ruggetje, zodat hij het teveel aan lucht kan kwijtraken. Vergeet niet om een spuuglapje op je schouder te leggen, voor het geval er wat melk meekomt.
Spugen
Het is normaal dat je baby na de voeding een beetje melk uitspuugt. Dat is niets om je zorgen over te maken. Vaak heeft je baby gewoon net een slokje te veel binnengekregen en zorgt hij zo dat hij het overtollige voedsel weer kwijtraakt. Je baby kan ook gaan spugen als hij vlak na een voeding moet huilen of plotseling wordt opgetild. Wanneer je baby de melk regelmatig in grote hoeveelheden en met een krachtige straal uitspuugt, is het verstandig om contact op te nemen met het consultatiebureau.