Beoordeeld door

Anouk Bolhaar & Sanne Phaff

Lactatiekundigen van House of Milk

Borstvoeding is iets natuurlijks, maar het is ook iets wat je samen met je baby moet leren. Het vraagt tijd, geduld en oefening om samen te ontdekken wat het beste werkt voor jou en je baby. Goede begeleiding kan hierbij een groot verschil maken. Loopt het bij jou nog niet soepel? Een lactatiekundige kan met je meekijken en je ondersteunen, zodat de voedingen hopelijk snel weer fijn en ontspannen voelen voor jullie allebei.

Waarom stoppen moeders met borstvoeding geven?

Er zijn verschillende redenen waarom borstvoeding geven soms niet (meer) lukt, zo blijkt uit het Rapport Peiling Melkvoeding van het Voedingscentrum. We delen de meestvoorkomende redenen. Niet om te oordelen, maar juist om herkenning te bieden. Achter elke reden zit een verhaal.

1. Je denkt dat je te weinig melk hebt

Veel moeders stoppen, omdat ze denken dat ze niet genoeg melk hebben. Terwijl de meeste vrouwen lichamelijk prima in staat zijn om hun baby voldoende voeding te geven. Vaak speelt onzekerheid mee, of een lastige start in de eerste dagen. Die eerste dagen zijn namelijk erg belangrijk om je melkproductie op gang te brengen. Goed aanleggen, vaak voeden en je baby dicht bij je houden helpen hierbij. Vertrouw erop dat jouw lichaam dit kan. Soms loopt het anders en komt de productie nog niet optimaal op gang, maar meestal kun je met de juiste ondersteuning je melkproductie alsnog verhogen.

2. Aanleggen lukt (nog) niet goed

Aanleggen is teamwork - jij en je baby moeten elkaar daarin nog leren kennen. Soms is je baby een natuurtalent en gaat het aanleggen al heel snel goed. Maar vaak vraagt het behoorlijk wat tijd, geduld en oefening. Een lactatiekundige kan meekijken en helpen om het voeden makkelijker en meer ontspannen te maken. Goede hulp kan hierin echt het verschil maken.

3. Pijn bij het voeden

Pijn kan het voeden behoorlijk zwaar maken. Tepelkloven, stuwing of gevoeligheid komen vaak voor, vooral in de eerste dagen en vaak aan het begin van een voeding. Het is belangrijk dat de pijn snel minder wordt. Blijft de pijn aanhouden, dan is dat vaak een teken dat er iets niet helemaal goed gaat. Meestal heeft dit te maken met hoe je baby wordt aangelegd. Een lactatiekundige kan meekijken naar jouw houding en het aanleggen, en vaak zijn al een paar kleine aanpassingen genoeg om het voeden een stuk prettiger te maken.

4. Je bent onzeker of je baby voldoende krijgt

Ben jij soms onzeker of je baby wel genoeg drinkt? Je bent zeker niet de enige. Dit komt vaak, doordat je niet kan zien hoeveel melk je baby precies binnenkrijgt. Dat kan in het begin best spannend zijn. Misschien moest je in de kraamweek (even) bijvoeden en vind je het lastig te geloven dat jouw baby nu genoeg krijgt aan de borst.

Ook als je baby vaak wil drinken of veel huilt, kun je gaan twijfelen. Het kan dan lijken alsof er iets niet goed gaat, terwijl dit gedrag meestal heel normaal is. Gelukkig zijn er duidelijke signalen die laten zien dat het goed gaat - zoals voldoende natte luiers, een tevreden baby na het voeden en een gezonde groei. Het kost vaak wat tijd om vertrouwen te krijgen in je lichaam en in je baby. Maar zodra je merkt dat het echt goed gaat, geeft dat een geweldig gevoel. Blijf je onzeker? Schakel dan gerust hulp in, want je hoeft het niet alleen te doen.

5. Medische redenen

Soms zijn er lichamelijke of medische omstandigheden waardoor borstvoeding moeilijk of zelfs niet mogelijk is - bij jou of bij je baby. Denk bijvoorbeeld aan een vroeggeboorte, een operatie, bepaalde medicatie of een medische aandoening waardoor het voeden niet vanzelf gaat. Dat kan verdrietig en frustrerend zijn, zeker als je graag borstvoeding had willen geven.

Niet alle zorgverleners zijn altijd helemaal op de hoogte van wat er mogelijk is; vaak kan er meer dan je denkt. Toch zijn er ook situaties waarin borstvoeding geven (tijdelijk) echt niet mogelijk is. Soms kun je dan kolven en (deels) voeding via de fles geven, en soms is het nodig om volledig over te stappen op kunstvoeding of donormelk.

Onthoud dat je altijd doet wat in jullie situatie het beste is. Wat de uitkomst ook is: jouw liefde, nabijheid en zorg zijn het allerbelangrijkste voor de band met je baby. Borstvoeding is één van de manieren om je baby te voeden - maar het is niet de enige manier om goed en liefdevol voor hem of haar te zorgen.

6. Het past niet bij je

Het kan ook zijn dat je merkt dat borstvoeding geven gewoon niet bij je past. En dat is helemaal oké. Je hoeft niets te bewijzen - niet aan jezelf, en zeker niet aan je omgeving. Jij mag kiezen wat goed voelt voor jou en je baby.

Als je merkt dat het toch niet bij je past, betekent dat niet dat je faalt. Het betekent juist dat je luistert naar jezelf en naar de behoeften van je gezin. Gelukkig zijn er veel manieren om je baby liefdevol te voeden en te verzorgen, en je mag erop vertrouwen dat jouw keuze altijd de juiste keuze is.

Lees ook het persoonlijke verhaal van Marjolein die borstvoeding geven heel pittig vond: ‘Moeders, ik ben toch niet de enige die borstvoeding geven niet romantisch vindt?’

Wat maakt borstvoeding soms extra moeilijk?

Soms zijn de omstandigheden niet ideaal en dat kan het geven van borstvoeding lastiger maken. Je kunt hierbij denken aan:

• Onvoldoende begeleiding. In ziekenhuizen of tijdens de kraamtijd is er soms weinig tijd om rustig te helpen met goed aanleggen. Daardoor krijg je niet altijd de steun die je nodig hebt voor een goede start van jouw borstvoedingsperiode.

• Tegenstrijdige adviezen. Iedereen bedoelt het goed - je kraamverzorgende, verloskundige, moeder, vriendin - maar al die verschillende meningen kunnen behoorlijk verwarrend zijn.

• Andere verwachtingen. Misschien had je het beeld van een rustig, liefdevol moment samen. In werkelijkheid kan het soms een zoektocht zijn, vol tranen en twijfels. Uiteindelijk kan het anders worden, maar het is belangrijk om hierbij je eigen grenzen in de gaten te houden.

• Weer aan het werk gaan. Voor veel vrouwen is het weer starten met werk een reden om te stoppen. Toch is borstvoeding en werk vaak goed te combineren, zeker met de juiste voorbereiding en ondersteuning. Wist je dat je recht hebt op kolftijd onder werktijd? Onder werktijd mag je maximaal een kwart (25%) van je werktijd besteden aan kolven of borstvoeding geven, gedurende de eerste 9 maanden na de bevalling.

Lees ook: Dit wil je weten over kolven

Wat als je besluit te stoppen?

De beslissing om te stoppen is niet iets dat je zomaar doet. Vaak gaat het gepaard met verdriet, schuldgevoel of het gevoel dat je hebt gefaald. En dat terwijl je juist alles hebt gedaan wat je kon. Onthoud: een blije, ontspannen moeder is de beste basis voor een gezonde baby, of je baby nu aan de borst drinkt of uit een fles.

Praktisch gezien is het belangrijk om niet plotseling te stoppen, maar rustig af te bouwen. Dat is beter voor je lichaam en helpt veel ongemak te voorkomen. Je kunt je melkproductie stap voor stap verminderen door bijvoorbeeld één voeding per keer te vervangen door een voeding met de fles. Je kunt online diverse afbouwschema’s vinden. Het afbouwen van een voeding duurt meestal enkele dagen tot een week. Neem rustig de tijd voor elke stap. Je kunt ook afbouwen door te kolven, als dat prettiger voelt of meer haalbaar is.

Vind je het lastig om zelf te bedenken hoe je op een fijne manier kunt afbouwen? Een lactatiekundige kan je hierbij begeleiden en uitleggen hoe je dit op een goede manier kunt aanpakken.

Kortom, hoe het ook loopt, wees trots op jezelf! Op elke druppel die je hebt gegeven, op elke poging die je hebt gedaan, en op alle liefde en aandacht die je in deze borstvoedingsreis hebt gestoken.

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met lactatiekundigen Sanne Phaff & Anouk Bolhaar van House of Milk.

Ontdek meer tips en adviezen van deskundige Anouk Bolhaar & Sanne Phaff.