
9 feiten & fabels over borstvoeding
‘Als je borstvoeding geeft kun je nooit weg bij je kind.’ Of: ‘Geef je borstvoeding, dan heb je geen anticonceptie nodig.’ Over borstvoeding bestaan een hoop mythes. Erg belangrijk als je borstvoeding gaat geven is om te weten wat nu waar is en wat niet. Daarom negen borstvoedingsfeiten en -fabels voor je op een rij.
Borstvoeding geven gaat vanzelf: fabel
Helaas, borstvoeding geven is geen kwestie van beha los, tepel erin en drinken maar. Zeker in het begin is het flink oefenen met aanleggen voor jou en je baby. Bovendien is de kans groot dat je wat obstakels gaat tegenkomen, zoals een baby die om wat voor reden dan ook niet goed drinkt, een borstontsteking of misschien doet het voeden wel pijn. Allemaal zaken die opgelost kunnen worden. Hoe natuurlijk borstvoeding geven ook is, het is wel iets wat je zult moeten leren. Ga daarom goed voorbereid aan de slag door je in te lezen en bijvoorbeeld tijdens je zwangerschap een borstvoedingscursus te volgen.
Van borstvoeding geven gaan je borsten hangen: fabel
Twijfel je om borstvoeding te geven in verband met hanggevaar voor je borsten? Dat is in ieder geval geen reden om het niet te doen. Je borsten veranderen namelijk al tijdens je zwangerschap. Tijdens deze maanden groeien ze en in de borstvoedingsperiode zitten je melkkanalen vol met melk. Het resultaat? Boobies! Stop je met borstvoeding geven, dan voelen ze erna slapper aan. Zeker in vergelijking met volle melkborsten. Het verdwenen vetweefsel vult zich erna vaak weer op. Of je borsten vervolgens blijven hangen, verschilt erg per persoon. Maar wel of geen borstvoeding geven heeft hier dus geen invloed op.
Wie borstvoeding geeft, moet genoeg (gezond) eten en drinken: feit
Borstvoeding geven kost energie, veel energie. Daarom is het belangrijk dat je voldoende eet en drinkt. Waarschijnlijk net iets meer dan normaal. Zorg er overigens wel voor dat dit gezonde voeding is, want dit heeft ook effect op de kwaliteit van je melk. Dus neem bijvoorbeeld net iets meer van de producten uit de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum. Denk aan meer water, volkorenproducten, noten, groenten en fruit. Maak je niet druk om je gewicht; omdat borstvoeding geven zoveel energie kost, is de kans groot dat je niet zult aankomen, maar op gewicht blijft of afvalt.
Lees ook: Jouw voeding en borstvoeding: wat wel en niet eten?
Borstvoeding geven doet geen pijn: feit
Voor de duidelijkheid: het kan zéker voorkomen dat borstvoeding geven pijn doet. Maar dit hoort niet zo te zijn. Het is een signaal van je lichaam dat er iets niet goed gaat. Het komt regelmatig voor dat voeden in het begin pijnlijk is omdat je tepels en je baby moeten wennen aan het aanleggen. Blijft de pijn? Dan zou het kunnen dat je tepelkloven hebt. Hiervoor zijn verschillende oorzaken. Om de oorzaak te achterhalen en een oplossing te vinden, kun je het beste contact opnemen met een lactatiekundige.
Als je borstvoeding geeft, kun je nooit weg bij je kind: fabel
Wanneer je weer toe bent aan wat meer tijd en vrijheid voor jezelf is voor iedere (nieuwe) moeder verschillend. Ook als je borstvoeding geeft, kun je een avondje weg met je partner of vriendinnen. Zorg dan wel dat je een kolfapparaat tot je beschikking hebt. Je kunt er één huren bij de zorgwinkel of je kunt er één kopen. Kolf af en toe wat melk en zorg dat je een voorraadje afgekolfde melk in de vriezer hebt liggen. Zo kan je baby jouw melk drinken wanneer jij geniet van een avondje weg. Let op: ga je aan de wijn of aan de cocktails? Zorg dan dat je daarna kolft en gooi deze melk weg, zodat je baby geen alcohol binnenkrijgt.
Borstvoeding beschermt je kind tegen ziektes: feit
De samenstelling van borstvoeding is precies afgestemd op de voedingsbehoefte van je baby en het biedt bescherming tegen allerlei infecties. Met name de allereerste melk die uit je borsten komt, genaamd colostrum, zit boordevol antistoffen. Binnen twee weken gaat het colostrum over in rijpe moedermelk. Ook hierin zitten veel antistoffen, maar in een lagere hoeveelheid, omdat je baby hier meer van binnenkrijgt. Superfood dus, die melk van mama!
Als je borstvoeding geeft, heb je geen anticonceptie nodig: fabel
Het klopt dat wanneer je borstvoeding geeft, je minder vruchtbaar kunt zijn. Maar ben je net zo goed beschermd tegen zwangerschap als met een anticonceptiemiddel? Zeker niet; er zijn absoluut geen garanties. Zorg daarom dat je een condoom, anticonceptiepil of een andere vorm van anticonceptie gebruikt als je wél seks, maar (nog) geen nieuwe zwangerschap wilt.
Als je baby onvoldoende aankomt, produceer je te weinig melk: (soms een) fabel
Het kan inderdaad zo zijn dat wanneer je baby onvoldoende aankomt, je (nog) te weinig melk produceert. Maar er kunnen ook andere factoren spelen. Wellicht produceer je genoeg melk, maar hapt je baby niet goed aan. Ook kan het dat je baby een te kort tongriempje heeft. Hierdoor kan hij moeite hebben met drinken aan de borst of uit de fles. Je kunt het tongriempje dan eenvoudig door laten knippen. Zorg dus dat je met behulp van een lactatiekundige of de kraamzorg de oorzaak achterhaalt, voordat je resoluut besluit te willen stoppen met borstvoeding.
Borst- en flesvoeding kun je combineren: feit
Borst- en flesvoeding combineren kan zeker. Vaak wordt dit door moeders na een tijdje gedaan als ze wat meer bewegingsvrijheid willen en hun partner af en toe een flesje willen laten geven. Ook is het vaak een eerste stap in het afbouwen van de borstvoeding. Het beste kun je beginnen met de middagvoedingen te vervangen door een flesje. Dit omdat je ’s middags minder produceert dan ’s ochtends of ’s avonds. Bovendien is dit een handige manier als je weer aan het werk gaat. Start met één flesje per dag en bouw het langzaam op. Geef je baby de tijd om te wennen aan de fles!
Lees ook: Hoe borstvoeding Geertje door haar postnatale depressie heeft geholpen.